Prikbord

Berichten

De 9e Bol: de stripvoorspellingen van 2022

Wij van 9e Kunst hebben verstand van strips. Dat besef neemt de laatste tijd grootse vormen aan, en terecht natuurlijk. Om te bewijzen dat we niet zomaar zitten te kletsen en omdat het achteraf makkelijk praten is, delen we hier – aan het begin van 2022 – alvast onze voorspellingen voor het komende stripjaar. Straks, in december, maken we dan de balans op en kijken we  waar we allemaal gelijk hebben gekregen – en wat er eventueel misschien niet klopt. Alles helder? Gaan we!

1. de striptijdschriften in Nederland en Vlaanderen blijven van papier en gaan niet digitaal. Geen enkel tijdschrift wil zelfs maar een digitale variant overwegen náást de papieren versie.

2. Aimée de Jongh wint de Stripschapprijs en in het juryrapport staat dat ‘we nu echt niet meer om haar heen kunnen’.

3. er komt een hommage-album dat de beste hommages van het afgelopen decennium bundelt. Het album is vier pagina’s dik en kost – tot ontevredenheid van de verzamelaar – gewoon 9,95.

4. door de stijging van de papierprijzen worden de albums steeds duurder. Dat de uitgevers met hun rug tegen de muur staan en er niets aan kunnen doen, telt niet: de onvrede is luid hoorbaar op fora, in stripwinkels en tussen de bananendozen.

5. er is nogal wat wrevel en kift over de toekenning van subsidies aan serieuze strips en graphic novels. Tegenstanders noemen graphic novels elitair en vinden dat alle strips subsidie moeten krijgen, vooral omdat commerciële strips vaak helemaal niet zo commercieel blijken te zijn.

6. de overheid krijgt de schuld dat er te weinig strips worden verkocht, omdat ze niet genoeg subsidie verstrekken. Als stripmakers namelijk geld krijgen om rustig aan een album te kunnen werken, leveren ze beter werk dat dus meer wordt gekocht door lezers. De overheid gaat niet mee in deze lezing.

7. stripuitgevers blijven veel te veel boeken uitgeven, met als argument dat “de lezers dat nu eenmaal willen”. Onderzoeken die die bewering staven zijn er niet, het lijkt er vooral op dat uitgevers gewoon veel met ‘de lezers’ spreken.

8. er komt een nieuwe stripserie die potten gaat breken. Staulorm combineert het beste van Storm met het beste van Saul, maar het lijkt in de verste verte niet op een van beide reeksen. Staulorm draagt namelijk een zwart hesje. Inderdaad, net zoals Lucky Luke.

9. ‘om tegemoet te komen aan de wensen van de lezers’ verschijnen er in 2022 van nog meer stripalbums een luxe versie, een extra luxe versie, een zeer gelimiteerde luxe versie, een groot formaat luxe versie en een ultra limited luxe collectors versie. Of er van die albums dan ook nog een reguliere versie verschijnt is  even de vraag.

10. de Stripmaker des Vaderlands blijft zijn woordgrapje ‘Strip het meest veelzijdige stukje lees strip’ gewoon gebruiken, ook al is het niet zo heel sterk en mag de stripwereld zich best wat serieuzer presenteren.

11. er wordt weer massaal geroepen dat we als stripwereld de krachten moeten bundelen. Dat geluid klinkt echter zo zwak dat er van kracht nauwelijks sprake is.

12. 2022 zal toch vooral een feestjaar worden: tal van stripreeksen en -figuren zijn honderd jaar, of tachtig, of 75 of 50, en dat moet uiteraard gevierd worden. Aan het einde van het jaar hebben we een stijve nek van het omkijken.

Tot zover de voorspellingen. Op 30 december volgen de uitkomsten, die wat ons betreft al vaststaan.

Berichten

In aantocht: de anthologie van de Nieuwe Garde (plus: de Nieuwe Garde stripmarkt op 5 maart in Zwolle!)

De cover van de anthologie, door Thibau Vande VoordeDe Nieuwe Garde liet afgelopen zomer al van zich horen, met het Nieuwe Garde magazine waarin een voorschot werd genomen op het echte werk: een anthologie met strips van 57 Nederlandse en Vlaamse stripmakers van nu. Intussen draaien de persen en verwachten we de anthologie in de derde week van februari.

Het is een schitterende bloemlezing van 240 pagina’s, op groot formaat en tjokvol geweldige bijdragen. Het omslag is getekend door Thibau Vande Voorde. Vanaf donderdag 10 maart ligt de Nieuwe Garde anthologie in de (strip)winkel voor de sympathieke prijs van € 20. Je kunt nu al een exemplaar reserveren, bij voorkeur bij je lokale stripverkoper.

Maar daar blijft het niet bij. Dat Nieuwe Garde nu echt van start is, vieren we met een grote Nieuwe Garde stripmarkt in Zwolle, en wel op zaterdag 5 maart in het Academiehuis Grote Kerk in het centrum van de stad. Van 11 tot 17 tref je daar de Nieuwe Garde aan samen met uitgevers, organisaties en (small press) tijdschriften die allemaal een nieuw geluid willen laten klinken. De entree van de stripmarkt is natuurlijk gratis.

Dus noteer alvast in je agenda:

zaterdag 5 maart, van 11 tot 17 uur
Nieuwe Garde stripmarkt (met presentatie en expo)
Locatie: Academiehuis Grote Kerk, Zwolle
Entree: gratis

Vanaf dan staat Zwolle een maand in het teken van de Nieuwe Garde, met interviews en lezingen (10 maart, Stadkamer), workshops (19 maart, Stadkamer) en een expositie (t/m 26 maart in Academiehuis Grote Kerk). Op deze pagina zullen we de details van alle evenementen bekendmaken zodra we die hebben.

Berichten

Wat zouden superhelden verdienen als ze geen superheld waren?

Spider-Man: No Way Home is de meest succesvolle film van 2021 gebleken. Wereldwijd heeft deze film al meer dan 1 miljard Euro opgeleverd in een relatief korte periode. Met deze film hebben Marvel en Sony eens te meer bewezen dat superhelden geld kunnen verdienen. En Spider-Man is een grootverdiener. Maar wat zou Spider-Man/Peter Parker verdienen in de ‘echte’ wereld?

Dat hebben de mensen achter de website money.co.uk eens uitgezocht voor de Marvel superhelden. Ze deden dat door nep-CV’s te maken op basis van hun kennis en vaardigheden. Daarna hebben ze via Adzuna.co.uk, een website waar je CV’s gematched wordt met openstaande vacatures, gezocht naar een relevante, beschikbare baan.

Doctor StrangePotentiële grootverdiener, volgens dit onderzoek, is Doctor Strange (Stephen Strange), die eind maart met Doctor Strange in the Multiverse of Madness in de bioscoop te zien zal zijn. Voor zijn ongeluk, waardoor hij zijn handen niet meer kon gebruiken, had Stephen een carrière als neurochirurg. Met deze medische achtergrond en kennis van westerse en oosterse (en mystieke) medicijnen past Stephen prima in het profiel van een huisarts. Op die manier zou Stephen een gemiddeld salaris van € 92,954 per jaar kunnen verdienen.

Black WidowDe tweede plaats in deze lijst is voor Natasha Romanoff, de Black Widow. Met de kennis en kunde die Natasha meebrengt werd ze gekoppeld aan een vacature als hoofdonderwijzer. Ze werd voornamelijk gematched op haar soft skills, zoals planning, observatie en logistiek. Door haar opleiding in de Red Room heeft ze geleerd leiding te geven en wordt ze als uitermate geschikt gezien. Natasha zou gemiddeld € 66,158 per jaar gaan verdienen in het onderwijs.

T’Challa, de Black Panther, wordt gematched als Project Manager. Met zijn ervaring van het leiden van een land met eigen leger en dankzij zijn doctoraat in de natuurkunde wordt hij prima in staat geacht grote projecten en teams aan te sturen. En als projectmanager in de techniek zou T’Challa € 60,583 per jaar kunnen verdienen.

WolverineVan de tien Marvel Superhelden waarvan de nep-CV’s waren geüpload was Logan (James Howlett) Wolverine, de superheld die het minst zou verdienen. Waar Logan zijn kennis en kunde ingezet konden worden, waren als vertaler. Doordat Logan al behoorlijk wat jaren op deze aarde rondloopt en op meerdere plaatsten heeft gewoond, spreekt hij behoorlijk wat talen. Logan spreekt vloeiend Engels, Arabisch, Japans, Russisch, Chinees, Cheyenne, Lakotas en Spaans. Daarnaast kan hij een beetje Frans, Duits, Thais, Vietnamees, Farsi en Portugees. Als vertaler zou Logan € 28,676 per jaar kunnen verdienen.

Spider-ManOnze grootverdiener in deze wereld, Peter Parker (Spider-Man), komt op de negende plaats terecht. Door zijn passie en kennis rondom wetenschap en niet te vergeten zijn studie in biochemie, wordt Peter gematched voor een baan als leraar op de middelbare school. Door zijn enthousiasme, humor en vermogen om goed met mensen samen te werken, schat men in dat Peter goede papieren heeft om een succes in het onderwijs te worden. Hiermee zou Peter € 35,270 per jaar verdienen.

Hieronder de totale lijst met de matches en de daarbij behorende beroepen en salarissen, zoals deze uit het onderzoek naar voren kwamen. Toch goed te weten, wat de helden kunnen gaan doen als ze uiteindelijk het superheldenbestaan opgeven.

Rang

Marvel character

Beroep

Skill match

Gemiddeld
jaarlijks salaris

1.

Doctor Strange

Huisarts

47%

€ 92.954

2.

Black Widow

Hoofdonderwijzer

45%

€ 66.158

3.

Black Panther

Project Manager

75%

€ 60.583

4.

Ant-Man

IT Systems Developer

72%

€ 54.768

5.

Captain America

Planner

65%

€ 53.560

6.

Iron Man

Ingenieur Robotica

67%

€ 50.063

7.

Deadpool

Operations Manager

42%

€ 49.345

8.

Hulk

Geneticus

46%

€ 36.270

9.

Spider-Man

Docent Middelbare school

76%

€ 35.270

10.

Wolverine

Vertaler

82%

€ 28.676

Berichten

Luisteren: Tillie Walden vertelt gepassioneerd over haar werk, haar leven (en zombies)

In een gesprek met de onovertroffen, integere interviewer Brian Heater praat de jonge succesauteur Tillie Walden onder meer over het autobiografische Spinning, waarin ze stilstaat bij haar jeugd en seksualiteit.

Ook gaat het interview over On a sunbeam, een scifi-geschiedenis waarmee Walden definitief haar naam vestigde én over haar actuele werk: Clementine, een coming of age verhaal – met zombies – dat speelt in Robert Kirkmans universum van The Walking Dead. Het is een gesprek van vijftig interessante minuten, al hadden het er gerust honderd mogen zijn.

Berichten

DC Comics, Webtoon en de toekomst van (web)comics

Batman Family AdventureEerder dit jaar kondigden Webtoon en DC Comics een samenwerking aan: Webtoon kreeg de kans een aantal strips met DC materiaal te ontwikkelen. De eerste hiervan, Batman: Wayne Family Adventures, verscheen op 8 september en werd onmiddellijk een succes. Volgens CBR had de webcomic na drie dagen al 500.000 abonnees. CBR trekt de vergelijking met DC’s verkoopcijfers van augustus, waarbij de drie bestverkochte DC-strips gezamenlijk zo’n 222.000 strips verkochten. De samenwerking tussen DC Comics en Webtoons is vanuit dat oogpunt een succes – zo’n succes zelfs dat er inmiddels al een live-action miniserie gebaseerd op Batman: Wayne Family Adventures in de maak is. DC Comics is overigens niet de enige Amerikaanse uitgeverij die met Webtoon samenwerkt. Op 22 september verschenen de eerste drie episodes van Big Ethel Energy, een strip die ontstaan is uit de samenwerking tussen Webtoon en Archie Comics. Kortom: de grote uitgeverijen lijken eindelijk webcomics te hebben ontdekt.

Het is goed mogelijk dat in de toekomst grote Amerikaanse uitgevers als DC Comics en Marvel besluiten hun eigen webcomic platform te starten, waarbij het voor lezers mogelijk wordt om strips (gedeeltelijk) gratis te lezen. Een aantal Japanse uitgevers doet dit al, zoals Shueisha, de uitgeverij achter het bekende Japanse maandblad Shonen Jump. Op haar online platform, Manga Plus, publiceert Shueisha zowel delen van hun geprinte titels (meestal de drie eerste en de drie meest recente hoofdstukken), maar ook exclusief online te lezen strips. Het is niet ondenkbaar dat een deel van de Amerikaanse uitgevers in de voetsporen van Shueisha zal treden. Zeker nu er wereldwijd een papiertekort is, wordt de digitale wereld een aantrekkelijke optie voor uitgevers.

EthelDat uitgevers zich nu op de webcomic markt richten, heeft ook een keerzijde. Webcomics hebben vanaf het begin een heel eigen niche ingenomen. Voor een deel heeft dit te maken met de vrijheid die het internet makers biedt. Het publiceren van een webcomic is laagdrempelig, omdat het goedkoop en makkelijk is om online een strip te beginnen. Bovendien ben je niet afhankelijk van een uitgever; je mag zelf bepalen wat je doet. Niets houdt je tegen een strip te beginnen waar uitgevers hun vingers niet aan willen branden, omdat ze je niet kundig genoeg vinden, omdat de strip gebaseerd is op een bestaande franchise, of omdat de strip onderwerpen aansnijdt die moeilijk verkoopbaar zijn. Zo zijn er online veel goede strips verschenen die voorheen niet gepubliceerd konden worden.

Tegelijkertijd bestaan er door die laagdrempeligheid veel webcomics van lage kwaliteit en dat heeft gezorgd voor het stigma dat alle webcomics van lage kwaliteit zouden zijn. Dit stigma is nog steeds niet helemaal verdwenen, onder meer te zien bij het “Originals” systeem waar Webtoon en Tapas mee werken. De Original strips worden gemaakt door makers die een contract met Tapas of Webtoons hebben om de strip exclusief op het betreffende platform te plaatsen. De maker werkt vanaf dat moment in dienst van het platform. In ruil daarvoor krijgt de strip meer promotie en aandacht dan de strips die niet onder contract staan. Webplatformen die Originals aanbieden vervullen daarmee feitelijk de rol van een traditionele uitgeverij.

Original strips hebben meer aanzien en worden door sommige lezers per definitie hoger gewaardeerd dan die van “amateurs”. De vraag is hoeveel ruimte er overblijft voor deze amateurstrips als uitgeverijen als DC ook webcomics gaan aanleveren. Mogen ze blijven, of moeten ze op termijn een alternatief platform zoeken? Is het voor deze makers, die het medium van webcomics als oefenterrein gebruiken, straks nog wel mogelijk een publiek te vinden? En behouden webcomics de vrijheid waar het medium zo om bekend staat, of wordt het straks net zo gecontroleerd als de mainstream markt?

Als Amerikaanse uitgevers het voorbeeld van Shueisha gaan volgen, wordt het voor lezers gemakkelijker om gratis en legaal hun favoriete strips te volgen. Als deze aanpak succesvol blijkt te zijn, kan het een kettingreactie veroorzaken. Het is aannemelijk dat uitgevers in de rest van de wereld zich dan ook meer op webcomics gaan richten. Maar voor makers kunnen deze ontwikkelingen juist betekenen dat zij een groot deel van de vrijheid waar zij voorheen online van konden genieten moeten inleveren.

Het lijkt hoe dan ook onvermijdelijk dat de (online) stripwereld zich de komende jaren flink zal ontwikkelen. Voor de lezers is er dan nog meer te kiezen, maar of de makers hier veel profijt van zullen hebben, valt dus nog te bezien. Voor fans, uitgevers en makers geldt echter: hou deze ontwikkelingen in de gaten.

Karolina Szejda
Berichten

Alle tekenaars van Nieuwe Garde presenteren zich vanaf nu op Facebook en Instagram van de 9e Kunst

Vanaf zaterdag 9 oktober presenteren we iedere dag drie tekenaars die straks in de Nieuwe Garde-anthologie te zien zijn. Dat gebeurt op onze Facebook-pagina en op Instagram.

Op die kanalen ga je de komende maand het werk zien van (in willekeurige volgorde) Wouter Van Ghysegem, Emma Ringelding, Mattias Cruyssaert, Hugo Seriese, Karolina Szejda (die ook de header van dit bericht heeft getekend), Zie Groenen, Danique van Polen, Niek van Ooijen, Maringe Pol, Leeminarium, Kanyanut ter Meulen, Anat Segal, Joris Spanbroek, Sterric, Dido Drachman, Sabrina Kooijmans, Wommol, Karin Blaawijkel, Sanne Knijpstra, Bob op ‘t Land, Mark Verdult, Petra Koelewijn, Gus Moystad, Charlotte Pasveer, Suze Scholten, Gijs Kreutzkamp, Mina Rassouli, Indi Vos, Aiden Yoon, Sarah San van der Wagt, Marco Klein Nijenhuis, Melanie Kranenburg, Anastasia Krylova, Vince Logtenberg, Hanne Dewachter, Maria de Gier, Luna Schuman, Laika Louis, Marsuro, Floor van den Brink, Valentijn Hamel, Coen Vosveld, Miel Vandepitte, Coralie Laudelout, Lode Peeters, Wouter Goudswaard, Tim Layae, Abe Borst, Jolein Kirpestein, Esther van de Bund, Helene Lespagnard, KimmiComics en GeoScrolls, Stephan Louwes, Tamara Ansing, Nik Heemskerk, Mélanie Corre en Inne Haine.

We sluiten de reeks af met de onthulling van de cover van de Nieuwe Garde anthologie, die is gemaakt door Thibau Vande Voorde. Die zie je dus eind oktober. De anthologie zelf ligt eind november in de winkel, papierschaarste of niet.

Elsa-Charretier-header
Berichten

Striptekenaar Elsa Charretier biedt een fascinerende blik in de keuken door op YouTube filmscènes te verstrippen

De meeste stripmakers worden met een potloodje in de hand geboren en hebben er bij hun debuut al vele jaren noeste arbeid op zitten. Zoniet de française Elsa Charretier. Op haar 24e begreep ze dat haar gedroomde carrière als actrice er niet meer van ging komen. Ze legde zich neer bij een leven in loondienst en zakte in een depressie. Haar vriend Pierrick was intussen druk bezig met het uitstippelen van zijn eigen ambitieuze carrière… als stripscénarist. Hij stuurde een synopsis naar Charlie “Walking Dead” Adlard, die hem tot zijn verbazing vroeg of hij in twee weken een aantal pagina’s kon laten zien. Pierrick zei: “Ja, natuurlijk”, legde de telefoon neer en vroeg: “Elsa, denk je dat jij in twee weken kunt leren striptekenen?”

De meeste mensen zouden Pierrick waarschijnlijk vragen of hij het heel erg zou vinden zijn eigen stront op te ruimen, maar Charretier had het gevoel weinig te verliezen te hebben. Ze had nooit interesse gehad in strips, maar knutselde desondanks vijf pagina’s bij elkaar door collages te maken van overgetrokken werk. Adlard was niet overtuigd. Gelukkig zag hij wel voldoende sluimerend talent om op de hoogte te willen blijven en zo werd hij een jaar lang mentor van Charretier. Die besteedde zeven dagen per week aan het verbeteren van haar techniek, las stapels stripverhalen om te zien hoe anderen het deden en spitte eindeloos door secundaire literatuur om zich de theorie achter het stripmaken eigen te maken.

Elsa-CharretierVan al die inspanningen plukken wij nu de vruchten, want sinds kort heeft Charretier besloten haar kennis te delen op YouTube. En dat doet ze goed. Ze vertelt over haar persoonlijke ervaringen, interviewt andere stripmakers (Ed Brubaker en Amanda Connor), bespreekt werk van collega’s (bijvoorbeeld Daytripper), analyseert bijzondere scènes uit andere strips (Deadly Class, Batman: Year One) en verstript scènes uit films (Blade Runner, Jurrassic Park).

Bij dat laatste kiest ze een scène uit een film, legt ze uit wat de scène bijzonder maakt en wat ze daarvan wil terugzien in de strippagina. Ze schrijft hierbij steekwoorden op, maakt kleine infographics en schetst thumbnails. Vervolgens werkt ze haar ideeën ter plekke uit tot een geschetste strippagina. Het is fascinerend om te zien en geeft een uitstekende indruk van de hoeveelheid keuzes die een tekenaar heeft en wat die keuzes betekenen voor de manier waarop je als lezer het verhaal ervaart. Je begrijpt ineens hoe groot de invloed van een tekenaar is (of kan zijn) en waarom we hen in de stripwereld zien als co-auteur.

Als Charretier pagina’s van anderen bekijkt, schetst ze een alternatief en vertelt ze wat daarvan de gevolgen zijn. Hoe de leeservaring, maar ook de impliciete boodschap die in een scène verborgen zit, compleet kan veranderen door een schijnbaar willekeurige ingreep in de cameravoering, het vertelperspectief, of de pagina indeling.

Charretier kan inmiddels leven van haar stripwerk, al is ze zelden de leading artist in de series waaraan ze meewerkt. Als française werkt ze eigenlijk alleen aan Noord-Amerikaanse (superhelden)comics, wat op zich bijzonder is. De strip die Charretier en haar vriend Pierrick Colinet wilden maken kwam er overigens ook. Hij verscheen in 2014 onder de naam Infinite Loop en werd uitgegeven door IDW (en later in het Frans door Glénat). De tekenstijl doet sterk denken aan Darwin Cook en mist hier en daar nog wat finesse, maar als je weet dat de maakster twee jaar eerder nog geen potlood kon vasthouden, kijk je er toch met heel andere ogen naar.

Berichten

Manga Demon Slayer was in 2020 ruim 5 keer groter dan Amerikaanse comics industrie

Manga verkoopt. Je zult het vast eerder gehoord hebben. Alhoewel de Nederlandse vertalingen op een enkele uitzondering na nooit vleugels hebben gekregen (over de precieze oorzaak wordt nog regelmatig druk gediscussieerd), zien we dat manga in vrijwel elke andere taal grif verkocht wordt. Van het Engels wisten we dat natuurlijk al, dat zijn immers de vertalingen die ook hier het meest verkocht worden, maar wie de afgelopen jaren wel eens een Duitse stripwinkel binnen is gelopen, weet dat de kenmerkende kasten vol pockets ook daar niet meer weg te denken zijn. In Frankrijk ontstond afgelopen jaar zelfs nog een politieke rel, toen bleek dat de paar honderd euro zakgeld die de overheid aan jongeren gaf om vrij te besteden aan cultuur, door hen bij voorkeur besteed werd aan manga. Zo’n 50% van het uitgedeelde geld ging er aan op. (Hier zouden we onze handen fijnknijpen over zoveel belezenheid onder jongeren, maar in Frankrijk greep de oppositie het voorval aan om vooral te klagen over het gebrek aan diversiteit.)

Begin jaren negentig, toen het immense succes van Akira de deur op een kier had gezet voor de Zuid-Oost Aziatische strip, probeerde importeur/distributeur Manga Entertainment haar zakken te vullen met het pushen van anime pulp vol seks, geweld en horror. De films, maar ook de strips, kregen hierdoor een slechte naam en veel Europese lezers lieten ze links liggen. Pas toen zo’n tien jaar later de ergste hype voorbij was en ook de betere reeksen onze winkels bereikten, verdwenen de vooroordelen en werd duidelijk dat manga een blijvertje was. Inmiddels is de populariteit wereldwijd groter dan ooit en nog altijd stijgende.

Afgelopen zomer woedde er een discussie op het internet over de ware omvang van de mangaverkoop en hoe deze zich verhoudt tot de verkoop van Amerikaanse comics. Inzet was de serie Demon Slayer, die momenteel records breekt. De reeks van 23 delen gaat over een jongen wiens zus veranderd is in een demon en die samen met haar op zoek is naar een manier om haar te genezen. Hierdoor raken de twee betrokken bij de Demon Slayer Corps, een groep zwaardvechters die tegen demonen vecht.

Blogger/vlogger Andy Matrix plaatste een bericht waarin hij een aantal statistische gegevens naast elkaar zette om aan te tonen dat er van Demon Slayer wereldwijd zoveel exemplaren verkocht zijn, dat de volledige Amerikaanse stripverkoop van 2020 er ongeveer tien keer in past. Anime News Network, dat door hem als een van de bronnen werd geciteerd, nuanceerde deze cijfers later.

Demon Slayer wordt gepubliceerd vanaf 2017. De ontvangst was goed, maar de manga brak dat jaar nog geen potten. In 2019 verscheen de anime serie op tv, waardoor de populariteit van de manga sterk toenam. De verkoop bedroeg dat jaar 10,8 miljoen exemplaren wereldwijd. De Amerikaanse comics industrie kwam in datzelfde jaar aan zo’n 15 miljoen exemplaren, gemeten over de 750 best verkopende titels en was op dat moment dus de grootste van de twee.

De film, Demon Slayer: Kimetsu no Yaiba the Movie: Mugen Train, die in 2020 verscheen, brak alle records. Dat jaar was het de film die het meeste geld had opgebracht (de eerste keer in de geschiedenis dat die eer niet te beurt viel aan een Hollywood-productie), en daarmee was het tevens de best verdienende Japanse film ooit en ook de best verdienende animatiefilm ooit. Het gevolg was dat de verkoop van de manga explosief toenam.

In 2020 werden er 85 miljoen exemplaren verkocht van Demon Slayer, een toename van bijna 800%, terwijl de Amerikaanse stripindustrie al blij was met ongeveer 5%. Gezien de perikelen waar men mee kampte kunnen we ons dat voorstellen. Op basis van het aantal verkochte exemplaren kun je dus zeggen dat Demon Slayer afgelopen jaar ruim 5 keer zo groot was als de volledige Noord-Amerikaanse comics industrie. Omdat de partijen die de cijfers vergaren elk op een andere manier tellen, zijn de cijfers wat lastig vergelijken, maar zelfs met een slag om de arm kunnen we concluderen dat de verschillen enorm zijn en dat dit boekdelen spreekt over de populariteit van manga.

Natuurlijk wordt er ook druk gespeculeerd over mogelijke oorzaken. Waar de meesten het wel over eens zijn, is dat superheldenstrips te oubollig zijn en zich teveel richten op volwassen lezers. De thema’s sluiten te weinig aan bij de belevingswereld van jongeren. Dat geldt ook voor de personages, die in manga meestal bestaan uit tieners die worstelen met de keuzes die ze moeten maken en niet uit getapte superhelden die alles onder controle lijken te hebben. Wat ook gehekeld wordt, is de moeite die het kost om in te stappen. Nieuwkomers die na een superheldenfilm nieuwsgierig zijn geworden naar de strips, weten vaak niet waar ze moeten beginnen. Eerste delen zijn niet meer te krijgen en met de latere avonturen zijn hele schappen te vullen. En wat je ook kiest, de verhalen sluiten nooit aan bij de films. Bij manga is dat duidelijk anders. Ook al staat het bekend om de schier oneindige reeksen, toch is altijd duidelijk waar je moet beginnen: nummer één. Eenmaal begonnen ontvouwt het plot (en de wereld) zich stapsgewijs en niet met zevenmijlslaarzen, en als bonus verschillen de verhalen nooit al te veel van de films. Allemaal factoren die manga toegankelijker maken.

Afgelopen jaar was Demon Slayer de publieksfavoriet, in de toekomst zullen er ongetwijfeld nieuwe reeksen zijn die het stokje overnemen, zoals Demon Slayer dat deed van One Piece. Welke serie het ook wordt, je mag verwachten dat de stijgende lijn in populariteit en verkoop nog wel even zal doorzetten en dat manga in het komende decennium, ook in Nederland en België, steeds prominenter aanwezig zal zijn.

substack-comics
Berichten

Nieuwkomer Substack belooft behoud van rechten en snoept zo topauteurs weg bij DC en Marvel

Afgelopen jaar heeft zich een nieuwe speler gemeld in de comics-scene: Substack. Dat is een website waarop je terecht kunt voor (betaalde) blogs en nieuwsbrieven over een grote verscheidenheid aan onderwerpen. Ontdek je een auteur die je bevalt, dan neem je een betaald abonnement en kun je vanaf dat moment alles lezen wat die persoon schrijft. Dankzij de wereldwijde corona lockdown heeft Substack enorm veel nieuwe abonnees mogen verwelkomen. Het geld dat ze daarmee verdiend hebben, investeren ze nu in comics. Nick Spencer is aangetrokken om voor Substack een comics tak op te zetten. Hij stopt daarom met het schrijven van The Amazing Spider-Man, Marvels vlaggenschip. Er hebben zich al meer grote namen gecommitteerd: Jonathan Hickman, Molly Ostertag, Al Ewing, James Tynion IV, Scott Snyder en Skottie Young, om er een paar te noemen.

Jonathan-Hickman
Jonathan Hickman

De comic makers zullen vanaf nu alleen nog maar te volgen zijn via Substack. Dat houdt in dat een aantal van hen helemaal zal stoppen met sociale mediakanalen als Twitter, Instagram en Facebook, terwijl anderen minder zullen plaatsen en/of naar Substack zullen verwijzen. Als je voortaan iets wilt weten van deze mensen moet je naar Substack waar je ‘twitter-achtige’ berichten van de makers zult kunnen lezen.

Je kunt echter ook een betaald abonnement nemen. Als je bereid bent 7 dollar per maand te betalen, krijg je toegang tot alles wat er door één specifieke auteur wordt gemaakt. Voor 70 dollar per jaar krijg je ook nog toegang tot leuke extra’s, zoals eventuele chatsessies, unieke content en wellicht gesigneerde tekeningen. Een abonnement geeft echter niet de garantie dat je elke maand een nieuwe comic kunt lezen. Niet elke auteur werkt daarvoor snel genoeg.

Molly-Ostertag
Molly Ostertag

Een aantal makers zal voor de (grote) uitgeverijen blijven werken als ‘work-for-hire’, maar er zijn ook makers, zoals Jonathan Hickman, die ervoor kiezen om exclusief te gaan werken via Substack. Dat wordt vooralsnog beloond met flinke voorschotten. Dat van James Tynion IV schijnt bijvoorbeeld tegen een half miljoen dollar aan te hikken. Een ander voordeel voor de makers is dat ze alle rechten op hun creaties behouden. Op het moment dat auteurs hun werk willen laten drukken, zijn ze vrij dat te doen. Kiezen ze ervoor dat volledig in eigen beheer te doen, dan zijn de verdiensten voor 100% voor henzelf.

Dat geldt ook voor verfilmingen en andere spin-offs. Superheldenfilms halen miljoenen dollars binnen, maar comic makers – vaak de bedenkers van de verhaallijnen in de films – zien daar maar weinig van terug. Alle rechten zijn immers in handen van de uitgeverijen. Alleen als je je eigen verhaal op het grote of kleine scherm krijgt wordt het lucratief. Het legde Robert Kirkman en zijn Walking Dead, Mark Millar met zijn Kingsman en Kick-Ass en Brian K. Vaughan met Y: The Last Man in ieder geval geen windeieren.

Skottie-Young
Skottie Young

De belangrijkste eis die Substack hier tegenover stelt, is dat elke maker een van tevoren afgesproken aantal nieuwsberichten moet plaatsen in het eerste jaar en dat Substack 85% van de inkomsten krijgt die het abonnement in die periode oplevert. Daarna roomt Substack nog maar 10% af en is de rest voor de auteur. Belangrijkste reden voor dit opportunisme is enerzijds de groeiende markt voor online strips en anderzijds het succes van Kickstarter, waar alleen al dit jaar ruim 1.200 stripprojecten succesvol werden gefinancierd voor de lieve som van 18,6 miljoen dollar.

Zal dit de comic makers helpen om als zelfstandigen een meer structurele en consistente bron van inkomsten te genereren? Dat moet nog blijken. De bekende auteurs die momenteel als eerste de overstap wagen zullen daar ongetwijfeld makkelijker in slagen dan de minder grote goden die daarna zullen volgen. Ook voor nieuwkomers is het maar de vraag of het loont, al zullen ze wel profiteren van het feit dat de in de steek gelaten uitgevers op zoek gaan naar nieuw talent om de weggelopen auteurs te vervangen.

James-Tynion-IV
James Tynion IV

Of dit alles voor de lezer ook zo gunstig uitpakt, is nog maar de vraag. Het is een abonnement, dus ook als een auteur niets produceert, betaalt de abonnee. En alles is digitaal, terwijl de meeste verzamelaars bij voorkeur iets tastbaars hebben. Er zullen vast auteurs zijn die prenten en andere extra’s gaan aanbieden en als er comics en albums gedrukt worden dan zijn ze ongetwijfeld via Substack verkrijgbaar, maar de kans is groot dat voor al dat fraais extra betaald moet worden, ook al is het mogelijk met korting.

Het lijkt niet reëel te denken dat Substack net zo’n grote revolutie teweeg gaat brengen als Image Comics, dat Marvel begin jaren negentig alle toptekenaars wist te ontfutselen en binnen een aantal jaar 40% marktaandeel pakte. Daarvoor zijn er de laatste jaren al te veel andere alternatieven bijgekomen, zoals webtoons en crowdfunding. Zeker is wel dat hiermee voor stripmakers een nieuwe manier is toegevoegd om hun werk aan de wereld te tonen en daarmee inkomsten te genereren.

Berichten

Mijn gehandicapte broer en ik: Jordy (rolstoel) en Camiel (eikel) nemen de dag door

De stripfiguren Camiel en Jordy Derkx in het echt bepaald geen kleine jongens. Op Tiktok, Instagram en Facebook hebben de twee Brabantse broers een trouwe schare fans die daar op de hoogte worden gehouden van hun dagelijkse dingetjes. In Mijn gehandicapte broer en ik, waarvan onlangs een tweede stripboek verscheen, zijn alle strips gebundeld die Camiel maakte over hun gesprekken en belevenissen.

Het begon zes jaar geleden, toen kunstacademie-student Camiel strips ging maken over de gesprekken die hij had met zijn broer Jordy. Daarmee is hij sindsdien nooit opgehouden. Intussen woont en werkt Jordy op een zorgboerderij in het Brabantse Oploo en is Camiel werkzaam als ontwerper in Den Bosch. Iedere avond bellen de twee en spreken ze de dag door: van veel van deze gesprekken heeft Camiel eenpaginastrips gemaakt.

In de strip is Jordy ontwapenend. De beschreven situaties zijn geestig en uit het leven gegrepen. Vaak leunen de grappen op een spraakverwarring of een verhaspeling van woorden. Jordy heeft het verstandelijke vermogen van een vijfjarige, en/maar komt daardoor vaak geestig uit de hoek. Hij is vaak lekker brutaal. De running gag is dat Jordy zijn broer een eikel noemt, maar dat nooit meent.

Wie het hele album doorleest ontdekt het plezier van de twee broers: hun telefoongesprekken gaan eigenlijk over niks, maar hebben toch veel zeggingskracht. Ze laten bijvoorbeeld zien hoe het is op een zorgboerderij (“Kun je even de klem van mijn rolstoel losmaken? Ze kunnen echt he-le-maal niks hier”) en wat Jordy zoal doet overdag (“We hebben iets gebakken, het begint met een P.” – “Pepernoten?” “Nee, cake.”) Het is niet constant hilarisch, maar de vaart zit er lekker in en het is vaak tamelijk absurd – zoals het leven zelf. Het tekenwerk is basic en dient de verslaglegging van de gesprekken.Achterop het album staat dat het speciaal voor mantelzorgers, zorgbehoevenden en zorgverleners is bedoeld. Dat klinkt bijna alsof er iets therapeutisch of leerzaams in de verhalen zit. Terwijl, en dat is een verdienste, het toch vooral een lief en vrolijk inkijkje is in het leven van twee verschillende broers die ver van elkaar wonen en elkaar altijd wel iets te vertellen hebben.

Camiel Derkx – Mijn gehandicapte broer en ik 2. Eigen beheer. 40 pagina’s. € 11,99. Te bestellen via mijngehandicaptebroer.nl

 

1 5 6 7 8 9 14
Page 7 of 14