Leuk is dat. Terwijl de wereldproblemen sommigen over de schoenen klotsen, gaat het eigenlijk best lekker in de stripwereld. We vieren wat af. Een paar weken geleden was er het 500ste nummer van Stripschrift, toch maar mooi het oudste stripinformatieblad van de Lage Landen, wat zeg ik: van de wereld! Hoera.
Zonder dollen, dat is een prestatie van formaat, want het blad leunt al sinds de oprichting op vrijwilligers en dat laat ook meteen zien waarom het best lekker gaat in de stripwereld, zoals ik al memoreerde: er zijn altijd mensen die er de schouders onder willen zetten. De kracht van al die schouders voel je ook op stripfestivals, op websites en vlogs, bij het Moca en bij signeersessies. En dus bij Stripschrift.
Het is mooi te ervaren hoe we onvermoeibaar blijken en steeds doorgaan om met elkaar ons geliefde medium te eren. Toegegeven, het is voor velen een hobbyistisch genoegen en er wordt niet altijd genoeg aan mensen van buiten gedacht, maar zonder het getoonde enthousiasme was er niets. Dus laten we het positief houden.
In dit licht bezien is het interview met een aantal stripwinkeliers in Stripschrift in lijn der verwachting. Een deel is gewoon honderd procent positief: ze klagen niet, hebben omzet en gaan gewoon lekker hun goddelijke gang. Driewerf hoera dus, wie maakt zich zorgen?
Nou, dan hebben we buiten Yendor-eindbaas Richard Kennepohl gerekend, die ook sprekend wordt opgevoerd in het artikel. Hij ziet dat stripwinkels niet stoppen omdat ze failliet gaan, maar omdat er geen opvolger is. Hij stelt dat stripzaken onverkoopbaar zijn, omdat de hele voorraad bij het bezit hoort: het is geen kledingwinkel, waar je elk seizoen nieuwe kleren hebt hangen en waar voorraadverloop maximaal is. Elk los stripje is aangeschaft voor inkoopprijs en wie dat bij elkaar optelt, snapt dat een beetje winkel een flinke overnamesom kost. Goodwill financiert dat niet, zegt Kennepohl.
Dus ja, zolang de stripwinkelier geen andere plannen heeft, gaat het lekker. Maar wie denkt aan zijn pensioen of zijn zorgeloze oude dag, krabt zich toch eens achter de oren. Kennepohl is 59 en heeft het al bedacht: hij voorziet hel en verdoemenis en wil best een poging wagen strijdend ten onder te gaan. Magnifiek! Alleen zo is het te verhapstukken. Zijn Rotterdamse realiteitszin maakt dat het alleen maar mee kan vallen.
Het artikel in Stripschrift heeft ‘overleven’ als insteek gekozen en dat is niet zomaar. Wie de reportages leest op stripspeciaalzaak.be snapt waarom. Medewerker Martin Hofman gaat voor die website op bezoek bij stripwinkels in Nederland en Vlaanderen en spreekt er met de uitbater over de zaak. Bijna allemaal zijn het oudere heren, meestal zestigplussers, die soms eerlijk zeggen dat ze het doen voor het plezier ervan – zolang het nog gaat. Eerlijk gezegd: wat Hofman ons toont, is positief, maar niet bijster ambitieus. De vergezichten gaan niet verder dan de tafel met nieuwe titels.
Hofman maakt ook fraaie overzichtsfoto’s van de interieurs. Wat je daar vooral ziet, zijn winkels die uitpuilen van de strips: bakken en dozen vol. Rekken, schappen, muren met ruggen. Alfabetische rijen, themakasten en alles afbetaald eigendom. Een vrolijke jongeling met de ambitie om een zaak over te nemen, zou geconfronteerd worden met een immense overnameprijs. En hoewel de positieve uitbaters in het Stripschrift-artikel gretig zijn met succesverhalen (de jeugd koopt manga en Engelstalig, vrouwen kopen graphic novels, hoera), dan nog zit je met een bijna onverkoopbare erfenis van strips van de afgelopen vijftig jaar waarvoor geen publiek meer is.
Maar nu komt het. Wij, de stripliefhebbers die al zo lang overal de schouders onder zetten, kunnen weer het verschil maken. Met elkaar hebben we een paar kilometer schouderbreedte en vast ook evenveel kilometers boekenplank. Laten we dan de zestigplussende winkeliers verlossen van hun oude titels en daarmee van hun ambitie om ooit de zaak nog eens compleet te kunnen verkopen aan een opvolger. Pas als alle klassieke zut uit het zicht is, zullen jonge mensen misschien brood zien in een overname. Win win win: de oude baas met pensioen, een nieuwe generatie stripwinkeliers en een verfrissingsslag van jewelste. Hoera.
Deze tekst verscheen in aangepaste vorm eerder als column in Zone 5300 (2025-03)






