Kort van stof

Kort van stof: maart 2021

Mooi maandje hoor, maart. Alles begint weer een beetje groener te worden, het zonnetje drijft de mens naar buiten en de stapels met strips liggen alweer op het tafeltje in de achtertuin of op het balkon. Welke strips de moeite waard zijn, lees je weer als gewoonlijk, in sneltreinvaart en recht uit het hart. Gaan we:

Zandstraal 1 (Het Belgisch Stripcentrum): Een nieuw striptijdschrift is steeds een reden tot blijdschap. Aan de inhoud te zien lijkt dit er eentje te gaan worden voor de old school stripliefhebber, de echte kenner. De twee artikelen, één over de stille strip en eentje over een vergeten stripfiguur uit lang vervlogen jaren, zijn wat knullig geschreven, maar dat bedekken we met de mantel der liefde. Eerste nummers zijn immers nooit perfect. Wél heel goed zijn een getekende bio van Richard de Querelles, de auteur van het “eerste Belgische stripboek” en een extract uit het desbetreffende stripverhaal. Ook handig is het overzicht van alle expo’s die eraan zitten te komen in het Brusselse Stripcentrum.

Robbedoes door Christian Durieux – Pacific Palace (Dupuis): Robbedoes en Kwabbernoot zijn tewerkgesteld in een hotel dat volledig wordt ontruimd om plaats te maken voor één speciale gast: de dictator in ballingschap van een Oostblokachtig land. Enkel het hotelpersoneel en de medewerkers en familie van de dictator worden toegestaan in het hotel. Die situatie ontaardt als snel in een soort “gesloten-kamer-mysterie” want bijna elk personage heeft verborgen motieven. De driehoek Robbedoes, Kwabbernoot en de mooie dochter van de dictator zorgt voor een melancholische toets. De tekeningen zijn prachtig: kraakhelder en dromerig. Aanrader van jewelste. Lees hier een andere, uitgebreide recensie.

Jeremiah Johnson – Hoofdstuk 1 (Daedalus): Duval en Pécau zijn twee scenaristen die we graag mogen lezen. De lijst met steengoede reeksen van hun hand is lang en beschikbaar op het internet. Met dit album slaan ze de bal echter faliekant mis. Jeremiah Johnson, de hoofdrolspeler uit het verhaal, heeft echt bestaan. Hij zou menig Crow Indiaan over de kling gejaagd hebben en heeft vervolgens hun lever opgepeuzeld. Enig speurwerk op het internet leert ons dat er eigenlijk niet veel bekend is over de brave man en dat veel van de “historische feiten” eigenlijk berusten op wat de mondelinge overlevering ervan gemaakt heeft. In deze strip wordt uiteraard voor de meest bloederige versie van de man gekozen. Weinig diepgang, weinig psychologische motivatie, weinig tout court.

Visa Transit 2 (Concerto): In het tweede deel van Visa Transit reizen we verder met De Crécy die in 1986 met zijn neef een wilde autorit maakte door Oost-Europa en Turkije. Net als in het eerste deel van deze autobiografie kwakt De Crécy alles ongefilterd op papier. Omdat de jonge tekenaar toen nog amper geld had voor dure filmrolletjes (voor de jonge lezertjes, er was ooit een tijd zonder mobieltjes en elektrische camera’s met geheugenschijfjes) diept hij alle herinneringen op uit zijn geheugen. Het resultaat is bijna hallucinant. Dat effect wordt versterkt door de hersenschim die hem in het verhaal achtervolgt: de overleden schrijver Henri Michaux. We wachten met smart op het derde deel. Lees hier een uitgebreide recensie van het eerste deel.

Louisiana 2 – De kleur van bloed (Dargaud): Louisiana vertelt de familiegeschiedenis van enkele Amerikaanse plantagehouders net voor de burgeroorlog. Er wordt hard ingezoomd op de heersende man-vrouwverhoudingen in die tijd en uiteraard is ook racisme een groot thema. Het eerste deel van dit drieluik kon nog op onze welgemeende goedkeuring rekenen, maar in dit tweede deel lijken de makers de pedalen kwijt te zijn. Te veel tijdsprongen en personages die zich op onverklaarbare wijze plots zeer antipathiek beginnen te gedragen zijn daar niet vreemd aan.

Rommelgem 2 – Patiënt A (Dupuis): Rommelgem en consoorten komen te weten dat twee studievrienden van vroeger gevangen gehouden worden door de nazi’s. Ze worden gedwongen om hun wetenschappelijke kennis in te zetten voor het Derde Rijk. Rommelgem en zijn collega’s beslissen dan maar om Nazi-Duitsland te infiltreren om hun twee oude gabbers te bevrijden. Eens je naast je neerlegt dat het een beetje van de pot gerukt is dat wetenschappers zich plots als actie-helden gaan gedragen wacht je een album vol flitsende actie. De tekeningen zijn prachtig, schatplichtig aan Jijé en allesbehalve getekend in atoomstijl. Lees hier een andere, uitgebreide recensie.

De Kiekeboes 157 – De butler heeft het gedaan (Standaard uitgeverij): De Kiekeboes behoort tot de top van de familiestrip maar onvermijdelijk zit er af en toe eens een mindere aflevering tussen. In dit album krijgen we alle ingrediënten van de reguliere Kiekeboe-formule voor de kiezen en misschien is dat nu net het probleem. Het geheel doet wat formalistisch aan, bovendien komen er iets té veel toevalligheden te pas aan het afwikkelen van de plot. De grappen zijn dan weer als vanouds wél geslaagd.

Vermoorde onschuld (Le Lombard): Een mooie, jonge, zachtaardige vrouw wordt gearresteerd voor moord. Niemand kan zich voorstellen dat net zij zoiets zou kunnen gedaan hebben. Vermoorde onschuld vertelt hoe het zo ver is kunnen komen. Spijtig genoeg gebeurt dat aan de hand van zielloze scènes, gewild poëtische clichés en platgeslagen dialogen en teksten.

Systeemvoorkeuren (Scratch Books): In de verre toekomst beschikken we over zoveel data dat de digitale opslagruimte zodanig slinkt dat allerhande comités moeten beslissen over wat er behouden en gewist moet worden. Yves werkt voor de dienst van informatie en smokkelt films en andere culturalia naar buiten om ze te redden van de vergetelheid. Stripmaker Ugo Bienvenue schets een toekomstbeeld dat tegelijkertijd vertrouwd, geloofwaardig, tragisch en angstaanjagend proper aandoet. De melancholie schemert door elke pagina heen. De tekeningen zijn nogal stram, maar dat past bij het verhaal. De vertaling is dat ook en dat is minder passend. In het boek komt een deel van de originele Engelstalige versie van een prachtig gedicht van W.H. Auden voor. Waarom men ervoor koos om een krakkemikkege Nederlandse vertaling van dat gedicht als extraatje aan dit boek toe te voegen gaat onze pet ver te boven.

De Tamboer van Borodino (Le Lombard): In de nieuwe worp van Simon Spruyt vertelt een oude man zijn levensverhaal. Hij was tamboer in het Franse leger van Napoleon tijdens diens veldtochten in Rusland. Spruyt overtreft zichzelf andermaal, en dat bovendien op alle mogelijke vlakken. Het verhaal van de tamboer is doorwrocht, maar wat vooral interessant is, is hoe zijn medemensen met hem omgaan. Iedereen projecteert zijn of haar waarheid op de arme tamboer. Die laatste laat dat allemaal gelaten over zich heen komen. Hilarisch en tragisch terzelfdertijd. De tekeningen zijn sprookjesachtig en hard. Spruyt behoort tot de heilige Drievuldigheid van de Vlaamse graphic novel. Wie de andere twee zijn laat ik u zelf uitvechten, maar Olivier Schrauwen is er één van.

Alexander De Grote Verzamelalbum (Strips2Go): We hadden het vorige maand nog over het nieuwe album van Alexander de Grote. In het kort: een zeer geslaagde en humoristische familiestrip over Alexander de Grote, doorspekt met allerhande mythes en sagen. De makers maakten nu een speciale digitale Corona editie: een digitaal verzamelalbum met “cartoons, weetjes, leuke extra’s maar vooral veel strips en gags (inclusief gloednieuw materiaal!)”. Om de door Corona alom heersende verveling tegen te gaan kan iedereen het album gratis downloaden. Fideel toch?

De Leeuw van Juda – Boek 2 (Dargaud): 1920, John Wallace wordt betoverd door een Afrikaanse heks en wordt bezeten door de geest van een leeuw. Dankzij de originele setup en de interessante setting kon deel 1 van deze reeks ons enorm bekoren. Deel twee is echter een regelrechte sof. Het lijkt of scenarist Desberg de plot van zijn trilogie gaandeweg uit zijn mouw schudt in plaats van die van vooraf aan uit te denken. Het verhaal hangt met haken en ogen aan elkaar en de personages maken zeer rare bokkensprongen om alles toch maar te doen kloppen. Spijtig.

Androïden 7 – De laatste der engelen (Daedalus): Androïden is een reeks met oneshots over kunstmatig leven in de toekomst. De grootste namen uit de Franse stripwereld worden uitgenodigd om hun visie op dit gegeven te delen. In dit deeltje is het de beurt aan Morvan (van Konvooi!). Het verhaal en de tekeningen zijn van hoge kwaliteit, de vertaling is huilen met de pet op. We kennen persoonlijk twee mensen die na het lezen van dit album besloten hebben niets meer aan te schaffen van deze uitgeverij. Een zeer spijtige zaak want het is een mooi fonds.

USS Constitution – Deel II (Glénat): Deel I van deze reeks over het “historisch correcte” leven op de Amerikaanse zeeën begin negentiende eeuw was nogal langdradig. In dit deel barst de actie echter los en komen ook mensen die niet gespecialiseerd zijn in maritieme geschiedenis aan hun trekken. De realistische (en technisch ook zeer correcte) tekeningen zijn een streling voor het oog. Een correcte strip voor correcte mensen!

Vreemde Vogels 1 (Standaard uitgeverij): In Vreemde vogels leert de lezer stiekem heel wat bij over de wereld der vogels. De makers bewerkstelligen dat aan de hand van gags die vaker wel dan niet grappig zijn. Uiteraard blijft de humor vrij braafjes, maar we moesten toch enkele keren glimlachen. De weetjes en de grappen lopen elkaar bovendien nooit in de weg, wat op zich al een hele krachttoer is. Een goede strip voor leergierige jeugd en voor volwassenen die zich schuldig zouden voelen als ze hun kroost geen pedagogisch verantwoord leesmateriaal aanbieden.

Dood en opgegraven 2 – De lijken willen niet wijken (Dupuis): Yan wordt vermoord en staat een jaar later weer op uit het graf. Hij ziet eruit als een zombie maar beschikt nog over al zijn denkvermogens. Samen met zijn vrienden gaat hij op zoek naar zijn moordenaar. Het eerste deel van deze reeks miste doel, maar de auteurs lijken geleerd te hebben uit hun fouten. Dit tweede deel is fris, grappig en heeft enkele goed gevonden plotwendingen. Bovendien maakt de cliffhanger op het einde dat we nu zeer benieuwd zijn naar het vervolg.

Hoe noemen we de band (De Harmonie): Auteur Roel Venderbosch vertelt ons in zijn nieuwste worp over zijn jeugd: de perikelen op school, welke band hij wanneer leerde kennen en hoe, samen met de eerste stappen op het pad van musiceren. Venderbosch doet dat aan de hand van tekeningen die oké zijn, maar niet meer, en aan de hand van anekdotes die elkaar zonder veel spanning en zout opvolgen. Het is moeilijk dit boek af te breken, omdat de intenties duidelijk positief zijn, maar het is allemaal zo godsgruwelijk doorsnee en braaf. Het volledig ontbreken van ook maar enige spanningsboog helpt ook niet echt. Het wordt ons nergens duidelijk waarom het levensverhaal van de jonge Venderbosch ons zou moeten interesseren. Als we biografieën lezen willen we meer vernemen over uitzonderlijke gebeurtenissen, niet over het dagdagelijkse leven van onze buurman. Hoe noemen we de band is een sympathiek boek, maar daar blijft het bij.

Sherlock Holmes Society 3 – In nomine Dei (Daedalus): Sherlock Holmes bevindt zich niet langer in het intellectueel beschermde domein. Iedereen mag nu verhalen publiceren met de bekende detective in de hoofdrol en dat zullen we weten ook. Die situatie heeft al tot kwalitatief zeer hoogstaand materiaal geleid, maar deze Sherlock Holmes Society is toch heel wat minder. Houterige tekeningen die perfect passen bij de saaie plot. Sherlock Holmes versus Mr. Hyde hebben we ook al honderd keer gezien. Wie wil zien wat een echt goed auteursteam met Sherlock Holmes deed, richt zich beter tot de reeks Holmes, eveneens van uitgeverij Daedalus.

De Rode Ridder 269 – Kilyon (Standaard uitgeverij): De herstyling van de Rode Ridder die begon met album 250 was een verademing: goed geschreven scenario’s, fantastische tekeningen en natuurlijk Allis, het nieuwe, geheimzinnige hoofdpersonage. In deze aflevering lijkt het of de makers hun greep op de reeks een beetje verliezen. De tekeningen zien eruit alsof ze haastwerk waren en ook de plot ligt er wat slapjes bij. Er wordt een rode draad door het verhaal geweven die steunt op sluimerend wantrouwen tussen de Rode Ridder, Allis, Lancelot en Merlijn, maar omdat die nogal vlug-vlug wordt afgehaspeld komt die intrige oppervlakkig en ongeloofwaardig over. We hebben een donkerbruin vermoeden dat dat niet allemaal aan de makers van deze reeks ligt. De strip telt maar dertig pagina’s, wat veel te weinig is voor een deftige plotontwikkeling. Waarschijnlijk wil de uitgever per se de frequentie van vier albums per jaar aanhouden in plaats van bijvoorbeeld twee albums van 44 pagina’s te publiceren. Zodoende wordt kwaliteit opgeofferd aan kwantiteit.

De oorlog van de Lulu’s 7 – Luigi (Casterman): De eerste albums van deze reeks hadden een boeiende premisse: “Een bende weeskinderen probeert WOI te overleven”. Dat leverde vijf albums aangenaam leesvoer met boeiende personages op. Een afgerond verhaal zelfs. De makers besloten echter om een vervolg aan de reeks te breien. We volgen twee van de kinderen, nu jongemannen, die op zoek gaan naar hun vrienden uit de eerste vijf delen. Wat de eerste cyclus zo boeiend maakte, WOI en kinderen, ontbreekt nu volledig en je voelt dat de makers moeizaam zoeken naar intriges om hun reeks interessant te houden. We hopen op beterschap in de volgende delen.

Boerke – OntgoocHELD (Nanuq): De Boerke albums werden de laatste jaren steeds thematisch opgevat. Auteur Pieter De Poortere nam intussen onder andere sprookjes, science fiction en Hollywood onder handen. Deze keer is het de beurt aan (super)helden. Hoewel de beste Boerke gags ook in dit album met kop en schouders boven de concurrentie uitsteken, valt het op dat deze bundeling een paar zeer flauwe grappen kent. Iron Man die blijft hangen aan de magneet van een kraan op een autokerkhof? Mjah… Het lijkt ook alsof de grappen in dit album iets braver zijn dan anders. Gelukkig blijven die missers beperkt tot slechts een handjevol. De rest van het album is om duimen en vingers bij af te likken. Het is ook ontegensprekelijk leuk om Boerke te zien rondhossen in de decors van iconische films. Intussen is op Canvas een animatiereeks rond Boerke gestart. Die is ook in Nederland online te bekijken! Gedienstig en trouw hebben wij voor u ook enkele afleveringen bekeken en wij kunnen stellen dat die zeer geslaagd en bijgevolg verplicht kijkvoer zijn!

Vergeet-mij-niet (Daedalus): De oma van Marie-Louise heeft Alzheimer. Daar horen voor de familie moeilijke beslissing bij. Zo raadt het rusthuis aan om oma kalmerende medicatie te geven. Marie-Louise vindt dit revolterend en ontvoert oma dan maar uit het tehuis. Ze gaan samen op road trip naar het huis waar oma opgroeide. Het verhaal kent, zoals te verwachten valt, geslaagde, gevoelige en poëtische momenten. Het boek blijft echter iets te veel in een idealistisch droombeeld hangen. Zo worden de acties van Marie-Louise nogal sterk als een juist en heldhaftig voorgesteld en niet als ronduit gevaarlijk en blijft de echte shit die je met zo’n dementerende bejaarde op roadtrip aan de hand kan hebben buiten schot. Als je niet te veel focust op dat onevenwicht is Vergeet-mij-niet een mooi boek. Voor mensen met iets meer realiteitszin, zoals ondergetekende, uw bittere en cynische dienaar, bestaat er ander leesvoer. Lees hier een andere, uitgebreide recensie.

Elizabeth I (Daedalus): Elizabeth Tudor is wellicht de bekendste Engelse Queen uit de geschiedenis. Dat ze 45 jaar lang op de troon zat is daar wellicht niet vreemd aan. Deze strip propt die 45 jaar samen op ongeveer evenveel bladzijden. Van een echte spanningsboog of opbouw is er dus geen sprake. Toch is dit een aanradertje voor Brittofielen of Historiasters, want samen met het goed gestoffeerde historische dossier achterin krijg je toch wel een mooi overzicht van het leven van een boeiende vorstin.