Strips

In de drie integrales van de iconische klassieker Sneeuw is de wereld fysiek en moreel bevroren

Het sneeuwt al jaren onafgebroken. Een dikke, desolate laag wit bedekt de aarde en de overlevenden ploeteren voort in een wereld die zowel fysiek als moreel bevroren is. In deze ijzige hel bevindt zich een jonge held wiens naam synoniem is geworden met hoop en overleving. Dit is de wereld van Sneeuw, een iconische stripreeks die sinds 1986 de harten van lezers heeft veroverd. Met de recente uitgave van drie integrale delen krijgen we de kans om opnieuw deze epische reis te beleven, en wat een reis is het geweest.

Sneeuw is het geesteskind van Didier Convard en Christian Gine. Beide makers hadden al een solide reputatie in de stripwereld toen ze aan dit project begonnen. Hun samenwerking leidde tot de creatie van een post-apocalyptische wereld die uniek is in zijn soort.

De serie werd voor het eerst gepubliceerd in 1986 in het Franse stripblad Circus, maar het was de publicatie in het tijdschrift Kuifje die de serie echt op de kaart zette. Deze publicatie zorgde voor een enorme lezersbasis (op het hoogtepunt meer dan 500.000 verkochte exemplaren per week) en gaf Sneeuw zijn status als een van de belangrijkste post-apocalyptische strips van zijn tijd. De fantastische witte wereld van Sneeuw met zijn mysterieuze ziektes, complotten en keihard taalgebruik waren perfect om steeds opnieuw te lezen.

Sneeuw speelt zich af in een toekomstig Europa dat volledig door een elektronisch hek is afgesloten en bedekt is met sneeuw en ijs, het gevolg van een catastrofale ramp. Om het allemaal nog iets erger te maken, wordt het continent geteisterd door een afschuwelijke pest (‘de ziekte van Orion’), waar slechts een kleine hoeveelheid serum tegen beschikbaar is. Dit serum is in handen van een elite, die hier constant over in oorlog is met de stervende en radeloze clans van minderbedeelden.

Deze fijne mix zorgt voor een sfeer die zich het best laat omschrijven als een ijskoude Mad Max in de middeleeuwen. De jonge Sneeuw moet zich een weg banen door deze vijandige omgeving, terwijl hij wordt geconfronteerd met zowel externe gevaren als innerlijke conflicten.

De wereld van Sneeuw is doordrenkt met de angsten van de jaren 80, een tijdperk waarin de dreiging van nucleaire oorlog en ecologische rampen reëel en alomtegenwoordig was. Deze thema’s geven de serie een diepgang en relevantie die ook vandaag de dag nog resoneert. Het is een waarschuwing en een reflectie, verpakt in een meeslepend avontuur.

Het verhaal begint als een klassieke overlevingsvertelling, met Sneeuw die als vondeling onder de hoede van de mysterieuze Northman opgroeit en probeert te overleven in een vijandige wereld. Naarmate de serie vordert, wordt het verhaal complexer en rijker. Convard en Gine verkennen onderwerpen zoals macht, corruptie en de ethiek van overleving. Sneeuw begint als een jonge overlevende, een symbool van hoop in een koude, wrede wereld. Maar hij is meer dan een archetypische held; hij is een complex personage dat groeit en verandert door zijn ervaringen. Hij worstelt met morele dilemma’s, leiderschap en de verantwoordelijkheid die op zijn schouders rust.

Andere personages voegen nog meer diepte toe aan het verhaal. Fantastisch is de rol van de mysterieuze Northman, die Sneeuw ooit redde en adopteerde. Hij geeft leiding aan de mythische Twaalf en heeft alles ooit voorzien. Zijn verhaallijn biedt alle ruimte aan de fascinatie van Didier Convard voor de Vrijmetselarij.
En wat te denken van de meedogenloze moordenaar Pluk-de-dood, die zijn lot tot het bittere einde verbindt aan Sneeuw. Hun interacties met Sneeuw en hun eigen persoonlijke reizen maken de serie rijk en meerlagig. Elk personage brengt zijn eigen unieke perspectief.

Wat vooral niet onopgemerkt mag blijven, is het geweldige taalgebruik (en daarmee de vertaling) van de serie. In welk ander boek kom je bijrollen tegen met namen als De Godpisser, Ootmoed, Langneus, Baptist, Desembrood, Pruimbijter, Okshoofd en Opsnijder? Het veelvuldig gebruik van heftige scheldwoorden (“bij de kut van de maagd!”) doet soms even fronsen, maar past bij nader inzien perfect in de niets ontziende wereld waar we ons in bevinden.

De integrale uitgaven van Sneeuw bevatten niet alleen de volledige verhalen, maar ook een schat aan bonusmateriaal. Dit omvat schetsen, achtergrondinformatie en interviews met de makers, die een fascinerende blik achter de schermen bieden en een dieper inzicht geven in het creatieve proces.

Christian Gine’s tekeningen zijn vanaf het begin indrukwekkend. De gedetailleerde landschappen, de expressieve personages en de inventieve panelen maken de meeslepende sfeer van de serie. Het kleurenpalet, voornamelijk bestaande uit koele tinten van blauw en wit, versterkt de kilte en de dreiging van de omgeving.

In de vroege delen van de serie is Gine’s stijl duidelijk beïnvloed door de klassieke Europese striptraditie, met een focus op realisme en detail. De omgevingen zijn zorgvuldig getekend en geven een gevoel van schaal en isolatie. Eenieder die het verhaal ooit gelezen heeft, zal de beelden van het zinkende Venetië nog herinneren, waar de pracht en praal nog altijd standhoudt, alleen nu grotendeels onder water. Ook de andere, veelal Franse steden hebben die bijzondere combinatie van middeleeuws en futuristisch in zich.

Naarmate de serie vordert, evolueert Gine’s stijl. Tussen de tekeningen uit deel 1 en deel 15 zit 35 jaar en dat is duidelijk te zien. Sneeuw wordt ouder en zijn wereld groeit met hem mee. Het is een ontwikkeling die onvermijdelijk is, maar niet per se vrolijk stemt. Waar er tot deel 10 een zichtbare vaart in het verhaal zat, is de klad er daarna duidelijk ingekomen. Om begrijpelijke redenen overigens, de achtergrondinformatie in de integrale boeken legt dit prima uit (samengevat: het enorme succes van Convards’ De Geheime Driehoek nam nogal wat tijd in beslag). Desalniettemin is het zonde: Sneeuw is een fantastisch verhaal en verdient een mooie zwanenzang. Dat is niet helemaal gelukt.

De laatste twee delen (uit 2021 & 2022) zijn eruit geperst om er een eind aan te breien, maar lijken een absolute haastklus. De tekeningen zijn flauw en saai en zonder de mooie details die we gewend waren. Neem als voorbeeld het bezoek aan Spanje, waar – volgens het verhaal – de ziektes en armoede het zwaarst hebben toegeslagen. In vergelijking met de eerste delen lijkt het hier wel een vakantiepark. De akelige puistenkoppen en misselijkmakende ‘kruipers’ zijn met geen spoor te bekennen. Alles is netjes en strak, in plaats van vuil en krakkemikkig.

De vreselijke ziekte van Orion bestaat hier opeens uit slechts een paar bultjes, waar het ooit een gruwelijke nachtmerrie was. Dit geldt helaas ook voor het verhaal, dat in grote haast afgerond wordt en allerlei lijnen uit het verleden links laat liggen. Het is opeens heel logisch dat deze twee delen aanvankelijk enkel in het Frans gepubliceerd zijn, ze zijn simpelweg niet goed genoeg.

Maar toch, het verhaal verdiende het om na 35 jaar afgerond te worden en dat is goed. Didier Convard en Christian Gine hebben een wereld gecreëerd die zowel tijdloos als actueel is, een wereld die ons uitdaagt om na te denken over onze eigen toekomst.

Of je nu een doorgewinterde fan bent of een nieuwkomer, de integrale uitgaven van Sneeuw zijn een aanrader. Ze herinneren ons eraan waarom strips zo’n krachtig medium zijn, en waarom Sneeuw een blijvende klassieker is in de wereld van de Europese strip.

Didier Convard & Christian Gine – Sneeuw Integraal 1, 2 & 3. Saga. 264 pagina’s hardcover (per deel). € 37,95