Kort van stof

Kort van stof: januari 2021

Rustig maandje, dat januari. Toch een prima Kort van stof, met genoeg titels voor de koude avonden en de inhuizige momenten van deze tijd. Laten we er vooral de voordelen van blijven inzien. Lekker lezen en vooral de strips bij de lokale stripverkoper blijven bestellen. Daar gaan we, in sneltreinvaart:

Mary Jane (Daedalus): Daar is hij weer: Jack The Ripper! Er is naar onze mening al iets te veel over deze jolige knaap verschenen: films, boeken, strips, … Het kan niet op. Het meeste daarvan is dan ook nog eens belachelijk in zijn oppervlakkigheid. In die zin is deze Mary Jane een verademing. De strip gaat over het laatste officiële slachtoffer van de Ripper. In een mooi gedocumenteerd relaas wordt het leven van Mary Jane uit de doeken gedaan, maar tegelijkertijd is de strip ook een striemende aanklacht tegen uitbuiting en hoe de westerse beschaving, nog niet zo héél erg lang geleden, haar vrouwen behandelde. Mooie tekeningen. Een prachtboek, hoewel de krakkemikkelige vertaling een schaduw werpt over het geheel.

De Legendariërs 13 – Koninklijk bloed (Silvester): De Legendariërs zijn een hit in Frankrijk. We begrijpen waarom. Patrick Sobral brengt massa’s actie met een mangatintje en een verhaallijn vol onverwachte plotwendingen. Bovendien bevolkt hij zijn strips met tienerpersonages waar makkelijk mee te identificeren valt. Sobral geeft elk van zijn personages een donker kantje of een hoogstpersoonlijke tragische achtergrond. Dat simpele trucje voegt diepgang toe en maakt dat de Legendariërs zich onderscheiden van andere tienerhelden. Niet te verwonderen dat deze reeks gefundenes fressen is voor de pubers onder ons.

De Ridder 3 – Relax, T-rex (Oogachtend): Geestig, grappig, soms om hardop te lachen, en hierop volgt geen zin met maar. Kortom, prima de luxe, dit derde deel van De Ridder, waarvan de strookjes in Eppo verschijnen. Het recept is intussen beproefd en verveelt niet: dat komt vooral omdat de Ridder niet altijd zo sympathiek is als je verwacht. Soms is het een complete zakkenwasser, maar dan wel een grappige zakkenwasser. Als er dan een dingetje is om over te drammen: de cameo’s van bekende figuren uit de popcultuur komen gaandeweg wel erg vaak in de verhalen voor. Dat haalt de verrassing er wat uit. Beetje doseren en het is topper dan top. Conclusie derhalve: De Ridder 3 is top.

Het dagboek van Cerise 4 – De godin zonder gezicht (Silvester): Cerise is elf en houdt een dagboek bij. Ze wil later schrijfster worden dus kijkt ze graag naar mensen om een verhaal bij hen te verzinnen. Op die manier stuiten zij en haar vriendinnen vaker dan realistisch is op een intrigerende intrige. In deze reeks worden dagboekpassages mooi vermengd met pure strip. Eén van de betere young chicklit strips in het assortiment. Niet in het minst om de mooi uitgepuurde personages en dromerige tekeningen.

Atom Agency 2 – Kleine kever (Dupuis): Een Detectivestrip Jim, but not as we know it. Deze reeks is een verademing in het genre. De verhaallijn over de obligate speurtocht wordt prachtig gestoffeerd met een goed uitgewerkte historische achtergrond (Parijs post WOII) en de Armeense afkomst van één van de hoofdpersonages. De tekeningen van Schwartz zijn om duimen en vingers bij af te likken. De ene overdonderende massa scène na de andere eisen in atoomstijl uw volle aandacht op. Machtig. Lees hier een andere, uitgebreide recensie.

De muziekdoos 4 – De geheimzinnige verdwijning (Dupuis): De eerste paar delen van deze reeks werden terecht op gejubel onthaald. Nola blijft alleen achter met haar papa wanneer haar mama sterft. Ze ontdekt dat haar mama toegang had tot een sprookjesachtige wereld: Pandoria. Nola leert die wereld stap voor stap kennen en beleeft kleurrijk geïllustreerde en spannende avonturen. Dit vierde deel is spijtig genoeg niet even goed als zijn drie voorgangers: de tekeningen zijn minder goed te volgen en het verhaal slingert alle kanten uit. Het geheel lijkt het product van iets te veel haastwerk. Voor één keer laten we dit passeren, maar dan moet het niveau van het volgende deel wel weer de hoogte in! Ook op vlak van de titel had men misschien iets origineler uit de hoek kunnen komen.

Pol en het vliegende varken (Silvester): Pol, het welbekende beertje, kent al drie albums lang nieuwe avonturen onder de auspiciën van een nieuwe schrijver en tekenaar. De verhalen zijn vermoedelijk eerder bedoeld om voor te lezen want als je oud genoeg bent om deze strip te lezen ben je oud genoeg om de verhaaltjes iets te knullig te vinden. Desalniettemin steekt de strip goed in elkaar en zit er genoeg fantasie in de verhalen om de kleinste kleinen te boeien.

Jaar nul (Sherpa): graphic novel van Frenk Meeuwsen, die het over een heel andere boeg gooit. In Jaar nul gaat het over de geboorte van zijn zoontje en de flinke aanloop ernaartoe. Soms heel mooi tekenwerk, soms iets minder: Meeuwsen experimenteert met stijlen en zet zo situaties naar zijn hand. Die situaties zijn heel particulier. Lezers met kinderen zullen delen herkennen en andere delen gewoon maar aannemen. Het is wel zoeken naar een verhalende laag die meer zegt dan hoe het bij de auteur is gelopen. Zijn gepeins is daarom het interessantst. Die mooie denklaag, vol twijfel en berusting, had meer mogen doorklinken.

Dance Academy 12 (Standaard Uitgeverij): De twaalfde aflevering van Dance Academy brengt meer van hetzelfde: brave gags over 3 meiden die niets liever doen dan dansen. Niet enkel ballet wordt belicht maar ook Afrikaanse dans en dergelijke meer. Een degelijke strip zich door de algehele makheid wel beperkt tot een lezerspubliek van maximum 12 jaar.

Te paard 6 – Doorgewinterde pony’s (Silvester): Een gagreeks over paarden op een manege. Ook deze strip mikt overduidelijk op tienermeisjes, maar is wel de meest geslaagde in zijn genre deze maand. Dankzij de setting en de vrij uitgebreide paardencast zijn de grappen net iets origineler en daardoor ook grappiger. Vooral paard Xanax, dat immer angstig is, steelt de show. Tekenares Miss Prickly slaagt erin de paarden zeer overtuigende emoties te laten beleven, waarvoor een extra pluim.

Urbanus 192 – De vuilzakmeppers (Standaard Uitgeverij): Het is moeilijk in een kort stukje te gieten hoe ongelofelijk absurd de Urbanusstrips zijn. In het bestek van dertig pagina’s krijgt de lezer zoveel onderbroekenhumor en van de pot gerukte situaties over zich heen dat die zich afvraagt of hij/zij niet per ongeluk één van die lollige paddenstoelen gegeten heeft. Het ware kunststukje is echter dat die stroom aan fantasierijke verzinsels uiteindelijk, binnen het universum, leiden naar een logisch einde en een goed opgebouwd verhaal vertellen. Er wordt nu al gealludeerd op aflevering 200, wat ons uiteraard zeer nieuwsgierig achterliet.

Frigiel en Fluffy 3 – Het eerste blokje (Silvester): Frigiel is een youtuber die Minecraft speelt en becommentarieert. Hij heeft om en bij de 2 miljoen volgers. Zijn minecraft avatar beleeft nu al drie afleveringen lang ook avonturen in stripvorm. Zulke afgeleiden zijn vaak maar flauwe kool, maar deze reeks kan goed op zichzelf staan. Zelfs wie nog nooit van Minecraft gehoord heeft zal deze strip moeiteloos kunnen volgen. Verhaal en personages zijn van het simpel allooi maar zijn zo bedacht dat ze perfect op elkaar inspelen en zo de humor en de spanningsboog op peil houden. Eén van de betere kinderstrips van deze maand.

Sonora 3 – De gebroken droom (Silvester): De wraakwestern van deze maand. Gelukkig heeft-ie een originele invalshoek, namelijk die van de belevenissen van Franse immigranten in het wilde westen. Dit derde deel sluit het verhaal af en doet dat goed. Alle eindjes worden aan elkaar geknoopt en hoewel er niets verrassends aan is, bevredigt het einde wel. De tekeningen en inkleuring verdienen extra lof. Dellac speelt met dikke en dunne lijntjes en Scarlett hanteert een weloverwogen bruin – geel – blauw palet. Dat zorgt samen voor heel wat atmosfeer die het verhaal hoger tilt.

Renaissance 3 – Permafrost (Dargaud): Ook hier het afsluitende deel van een trilogie. Sciencefiction met een ecologische insteek en een frisse benadering: een andere planeet stuurt hulptroepen om de aarde te redden omdat de aardbewoners hun planeet leeggezogen hebben. Ondanks de grafisch interessant uitgewerkte aliens en hun technologie en de aparte benadering van de plot zijn we nooit echt verknocht geraakt aan deze reeks. Daarvoor zijn de personages te plat en de dialogen te mak en uitleggerig.

Dad 7 – De stille kracht (Dupuis): Het is onvermijdelijk dat langlopende reeksen uiteindelijk tegen de muur der herhaling aanlopen. Dat is nog meer zo bij gagreeksen. Dad heeft een goede opzet: Een mislukte acteur voedt vier meisjes alleen op. In de loop van de reeks zijn al heel wat excellente gags gepasseerd, maar de sleur sluipt er een beetje in. De beste gags in deze aflevering zijn diegene die inzoomen op de tragische kanten van het verhaal. Er tekent zich een soort rode draad af die ons eigenlijk doet verlangen naar een lang verhaal met diepgang in plaats van een resem gags die voor de zoveelste keer inzoomen op het feit dat meisjes alleen opvoeden toch niet zo simpel is hoor! Haha, hihi.

Captivant (Sherpa): Eind jaren zeventig beginnen Chaland & Cornillon met het maken van pastiches op de verhalen die in de jaren 1940-1950 in hun favoriete tijdschriften stonden. Ze bedenken daarvoor het fictieve tijdschrift Captivant. Uitgeverij Sherpa brengt deze verhalen voor het eerst in het Nederlands in een magistraal uitgegeven hardcover. De twee makers hebben zich duidelijk rot geamuseerd bij het maken van de verschillende parodieën. Ze schakelen tussen allerhande stijlen en genres en doorspekken het geheel met foute grappen, die op hun beurt commentaar geven op de voorbijgestreefde kijk op de wereld van westerse stripmakers in de jaren vijftig. Mooiste boek op de stapel deze maand!

Er was eens… de mens 5 – de 100-jarige oorlog (Silvester): Het verhaal van de 100-jarige oorlog verteld aan de hand van de bekende figuren van Albert Barillé. Met veel humor wordt ingezoomd op één van de bekendste oorlogen in de geschiedenis van de mensheid. Er valt veel te leren en te lachen voor het jeugdige publiek voor wie dit bedoeld is. Enig minpuntje zijn de tekeningen en dan vooral de decors: die lijken zonder enige menselijke tussenkomst gegenereerd geweest zijn door achtergrondBOT.

Skydoll – Lacrima Christi collection  Boek 2 (Silvester): De 4 nummers uit de hoofdreeks van Skydoll behoren nog steeds tot onze favoriete sciencefiction strips: opulent en sensueel. Dit tweede deel met kortverhalen die zich in dezelfde wereld afspelen is daar een mooie aanvulling op. Geestelijke vader Barbucci schreef alle verhalen en een resem verschillende tekenaars mocht die tekenen. De gasttekenaars zijn niet de meest voor de hand liggende namen en hun stijlen liggen vrij ver uit elkaar wat, althans toch voor ons, dit boek nog meer bestaansrecht geeft. We vermoeden wel dat het onleesbaar is voor mensen die de hoofdreeks niet achter de kiezen hebben. U weet dus wat u te doen staat.

De Havik  10 – De Indiaanse prinses (Silvester): De Havik van Patrice Pellerin is in alle stilte (10 albums in 26 jaar) naar de top van de piratenstrips geslopen. De Havik blinkt niet per se uit door zijn snelle actie of bloederige taferelen, maar net door de terughoudendheid die Pellerin hem aanmeet. Pellerin neemt de tijd om zijn verhaal te vertellen en bekomt op die manier een traag en mooi gecomponeerd, maar vooral geloofwaardig en menselijk epos. De tekeningen worden ook steeds gedetailleerder zonder aan duidelijkheid te verliezen. Daar zit de vederlichte inkleuring wellicht voor iets tussen.