Vakantietijd en dus met stapels strips in de tas naar het strand, het vakantiepark of dat heerlijke stekje in Rundumhaus. Om u van dienst te zijn, pakken we flink uit, met een Kort van stof die bijna te lang is om kort van stof te zijn. Geniet ervan, dan gaan wij ook even in de zomerstand.
Six 1 – Het bloedbad van Tanque Verder (Dargaud): Gezien de overvloed aan minder goede westernstrips benaderen we een nieuwe reeks in het genre vaak met enige terughoudendheid. En dan is de cover van Six ook niet meteen één van de meest aansprekende. Maar toen we het boek dichtklapten, wisten we dat we met een topreeks in de dop te maken hebben. De verhaallijnen van zes boeiende personages die op het eerste gezicht niets met elkaar te maken hebben, worden op kundige wijze aan elkaar geknoopt. We worden geconfronteerd met meerdere mysteries: wie is de gemaskerde man, wie is de geheimzinnige verteller, wat wil de rijke slechterik? De tekeningen schitteren vooral in de emoties op de gezichten van de personages. Eén van de beste westernstrips die we de laatste tijd lazen.
Laat mijn hand niet los (Dupuis): Martial geniet met zijn vrouw Liane en hun dochtertje Sofa van een zonnige vakantie aan het zwembad. Wanneer Liane plots verdwijnt wijzen alle bewijzen richting Martial. Als hij bovendien nog eens samen met zijn dochtertje op de vlucht slaat, lijkt het al helemaal dat Martial zijn vrouw vermoord heeft. Toch is niets wat het lijkt. Zeer genietbare thriller met personages van vlees en bloed en enkele onverwachte wendingen. De strip wordt hier en daar ontsierd door mindere vertalingen (of misschien ligt het aan de scenarist?) en in de scène van de ontknoping schemert iets te veel door dat deze strip op een boek gebaseerd is. In die scène spreken twee personen in kaders die beter een ander lettertype of een andere kleur hadden gekregen. Bovendien lijkt de tekst soms niet te passen bij de prenten. Los daarvan is dit een extreem goede strip, die gemakkelijk een dikke acht krijgt.
De wraak van Zaroff (Le Lombard): De vorige strip over de geflipte graaf Zaroff vonden we niet zo fantastisch. De graaf is verzot op de jacht en jaagt het liefste op mensen. In het vorige deel werden de clichés opeengestapeld en zagen we elke verhaalwending al van mijlenver aankomen. In dit tweede deel, dat zich afspeelt tijdens WOII, spant het Amerikaanse leger Zaroff voor hun kar om in Rusland een geleerde op te sporen, die mee moet werken aan de atoombom. Vergis u niet: ook hier huizenhoge clichés zover het oog reikt. Toch zijn er verzachtende omstandigheden: de interactie tussen Zaroff en de Amerikanen, de in- en inslechte Duitse Obergruppengrossenstroumpfbahnfurher en het magistrale einde maken van dit tweede deel een veel aangenamere leeservaring dan zijn voorganger.
Rommelgem 3 – Koolstofatomen en steroïden (Dupuis): Het onderwerp van dit derde deel van de soloavonturen van Professor (De Graaf van) Rommelgem is goed gevonden en prachtig uitgewerkt. In de jaren 50 werkt de graaf mee aan de ontwikkeling van de anticonceptiepil. Zijn motivatie daarvoor wordt pijnlijk tragisch in beeld gezet. Een minder kantje aan het album is de actie. Die lijkt op obligate wijze in het verhaal geïnjecteerd. De lange achtervolging die het album domineert is wél prachtig in beeld gezet, maar als we uiteindelijk ontdekken wie de achtervolgers zijn dan kunnen we niet anders dan concluderen dat we hier te maken hebben met een ongeïnspireerde ingreep. Wat de opdrachtgever van de achtervolgers over de anticonceptiepil denkt is dan wél weer mooi bedacht.
De Arabier van de toekomst 6: Een jeugd in het Midden-Oosten (1994 – 2011) (De Geus): Met dit zesde deel sluit Riad Sattouf een gigantische biografische striproman af. In zes delen beschreef Sattouf zijn levenswandel, van 1978 tot 2011, met veel emotie, humor en tragiek. Sattouf groeide op in Syrië en Frankrijk en die spreidstand geeft een zeldzaam inkijkje in hoe het is om in twee werelden te leven en toch nergens helemaal bij te horen. Dit zesde deel handelt deels over Sattoufs opleiding tot tekenaar en zijn eerste stappen in de stripwereld en is ook op dat vlak pijnlijk grappig en hilarisch eerlijk. Sattouf heeft met De Arabier van de toekomst een moderne klassieker gemaakt die meteen kan toegevoegd worden aan de canon en waarmee je moeiteloos snobistische literatuurfundamentalisten de wereld van de strips kan binnentrekken.
Michel Vaillant – Seizoen 2 – 12: Het doelwit (Graton): Over het vorig jaar verschenen Michel Vaillant Legendes hadden we geen goed woord over. Dit twaalfde deel van het ‘tweede seizoen’ (oftewel de moderne Michel) valt beter in de smaak. De makers doen hun best om Vaillant uit de racewereld te trekken door het verhaal te kruiden met geopolitiek, huurmoordenaars en spionage. Ook de tekeningen zijn van een hoger niveau. Het doet ons allemaal een beetje denken aan ‘XIII in Francorchamps’, maar dan wel XIII uit de Aldi. Een echte hoogvlieger is deze reeks namelijk niet. Vaillant-adepten en mensen die bij het lezen van het woord ‘Francorchamps’ in de vorige zin even opleefden, zullen zich bijvoorbeeld geen buil vallen bij aankoop van deze strip.
De buurtpolitie 21: Mister Dirty & Madam Proper (Standaard uitgeverij): Poetsvrouw Magda is op zoek naar een partner maar heeft nogal veel eisen. De man in kwestie moet immers op Johnny Depp lijken. Ze bedenkt een ingenieuze list en doet alsof ze overvallen werd. Wanneer de politie haar vraagt hoe de dader eruit zag, toont ze hen een foto van Johnny Depp. Met deze goede vondst zet het team achter De buurtpolitie de toon voor wederom een zeer genietbaar stripalbum voor alle leeftijden. De humor, goed overdachte plot en perfect in hun idioom acterende personages bewijzen nog maar eens dat De buurtpolitie tot de top in zijn segment behoort.
Galaxa 4: Tintors terugkeer (Standaard uitgeverij): We vonden het vorige deel van Galaxa een topper, dus is het des te spijtiger dat dit album wat minder is. Slecht is het allemaal niet, maar de plot is nogal doorsnee, compleet met nogal wat onlogische gebeurtenissen. Galaxa wordt ook iets té plots, na een handvol pagina’s al, halsoverkop verliefd op iemand die ze nog maar vijf minuten kent. Vrij oppervlakkig en ongeloofwaardig allemaal. Galaxa verdient beter. We hebben een donkerbruin vermoeden dat deze nieuwe liefde niet lang meer zal leven en door zijn dood Galaxa met een banale wraakmotivatie opzadelt. Op zo’n manier devalueer je de emoties van de personages en maak je de impact van de dingen die ze meemaken onvoelbaar. We hadden nog liever gezien dat Galaxa de man gebruikte voor een leuk nachtje stoom afblazen. De tekeningen zijn gelukkig nog steeds van een hoogstaand niveau, maar het valt nog te bezien of dit ook geldt voor de karakterontwikkeling. We kijken reikhalzend uit naar het volgende deel en hopen dat we ongelijk krijgen.
Suske en Wiske 369: De boterhammenman (Standaard uitgeverij): De economische crisis zorgt voor hongersnood alom. Lambik stuit op Egyptische magie die hem in staat stelt om een brood te bakken dat nooit opraakt. Er is alleen één probleempje: hij mag niet ijdel of hoogmoedig worden wanneer de hele wereld hem de grootste held ooit begint te vinden. Dit album zit tjokvol van de pot gerukte toverij en gekkigheid en is zo over the top dat je het album in een sneltreinvaart uitleest. Allemaal good ‘ol fun. Het feit dat de premisse speelt met de grappigste karaktertrek van Lambik vormt de ruggengraat van dit album. Eens te meer wordt bewezen dat voor een goed verhaal de personages en hun psychologie eerst moeten komen en dat de actie daaruit voort moet vloeien.
De drie Iuliae 2 – De prinses van de onoverwinnelijke zon (Daedalus): De drie Iuliae is een lichtend voorbeeld voor alle andere geromantiseerde historische strips op deze wereld. Prachtige tekeningen, uitmuntende kleuren, actie en romantiek. Dit deel zoomt in op de tweede Iulia: Soaemias. Zij is aanhanger van een cultus die een mysterieuze, zwarte steen aanbidt en wil heel het oude Rome tot die godsdienst bekeren. De makers slagen erin om veel te vertellen, zonder dat het lijkt alsof je een encyclopedie zit te lezen, wat altijd een enorm pluspunt is bij dit soort strips. De eerlijkheid gebiedt ons wel om te zeggen dat het woordje “geromantiseerd” uit de beginzin van dit stukje misschien best vervangen wordt door “voor 90% uit de duim gezogen”. Dat kan de pret niet drukken. Dit is één van de meest onderhoudende Oud Rome strips die we de laatste tijd lazen.
Zij schreven geschiedenis – Churchill Deel 2/2 (Daedalus): Het leven van Winston Churchill biedt ongetwijfeld genoeg stof om er een boeiende strip van te maken. Dit tweeluik zit dan ook barstensvol interessante wetenswaardigheden. Er schort wel hier en daar iets aan de dialogen en men had misschien beter meer getoond dan verteld. Spijtig genoeg zijn de tekeningen vrij abominabel, wat maakt dat deze strip alleen de liefhebbers van geschiedkundig werk zal bekoren. Die doelgroep wordt extra in de watten gelegd met het wederom puike historische dossier.
De reuzen 4 – Celestin (Diedeldus/Daedalus): In Reuzen ontdekken verschillende kinderen dat ze bovennatuurlijke krachten hebben, die ook nog eens gelinkt zijn aan hun eigen persoonlijke, gigantische monster. In deze aflevering is Celestin aan de beurt, een jonge arbeider uit een Congolese mijn. De actie en tekeningen worden elk album spectaculairder, zonder dat de makers het menselijke aspect uit het oog verliezen. Langzaam maar zeker worden ook tipjes van sluiers opgelicht over de overkoepelende plot en ook daar stelt Reuzen niet teleur.
Zandstraal 9 (Belgisch Stripcentrum): Het negende nummer van Zandstraal komt opnieuw vrij onevenwichtig over. Ware pareltjes, zoals een collagestrip van Guy Peellaert en een reisstrip van David Wautier sieren het blad. De artikelen zijn spijtig genoeg opnieuw van bedenkelijke aard. De onderwerpen zijn interessant genoeg, maar de uitwerking laat enorm te wensen over. Het artikel over collage, overigens geïllustreerd met prachtig beeldmateriaal, spreekt zichzelf tegen en zoekt de grenzen van het geloofwaardige op door het gebruik van doordrukrasters onder de noemer ‘collage’ onder te brengen. Het andere artikel begint met deze zin: “In september vorig jaar, kwam er een buitenreeksnummer uit waarin ik u vijf auteurs voorstelde van Brepols, waar we niets over weten”.
James!
Een zoo vol verdwenen dieren 4 (Standaard uitgeverij): Gagstrips worden vaak na een tijdje saai en voorspelbaar. De makers van Een zoo vol verdwenen dieren beschikken gelukkig over een opzet waarmee ze makkelijk vooruit kunnen. Deze dierentuin wordt bevolkt door (bijna) uitgestorven diersoorten dus er kan naar hartenlust in de personages en de insteek gevarieerd worden. In dit vierde deel wordt een nieuw apenverblijf gebouwd en het ligt voor de hand dat de nieuwe bewoners heel wat hilarische stennis schoppen. Dankzij de achtergrondinfo over de dieren is dit een prima strip voor kinderen die van dieren houden.
F.C. De kampioenen 125 – Popol de losbol (Standaard uitgeverij): Pol, normaal een nogal saaie en lamme goedzak, begint zelf zijn eigen duffe leventje monotoon en afstompend te vinden en sukkelt in een depressie. Maar dat is niets wat een goede midlifecrisis niet kan oplossen. Alle clichés passeren de revue: de moto, de tattoo, de hippe kledij, maar de makers geven er wel een eigen draai aan. Een toch wel volwassen thema dat lichtvoetig en met de nodige humor wordt uitgewerkt in wat in beginsel een kinderstrip is. Daardoor kunnen we deze aflevering bij de “betere” episodes indelen.
Jommeke 315 – Rare vogels (Standaard uitgeverij): Toen we de cover van deze Jommekestrip zagen, schoten we al bijna in een slappe lach. Een roedel (school? Kudde? Spit?) kippen scharrelt verdwaasd over een erf. Allemaal hebben ze het kapsel van Jommeke. Ann Smet en Willy Linthout tekenen voor een lekker absurd scenario en Dieter Steenhaut schrijft geschiedenis als nieuwste tekenaar van de reeks. Van Smet en Linthout hadden we niet minder verwacht, die hebben hun strepen al verdiend met absurdisme par excellence in Urbanus en recenter in De familie Super en Gelukkig worden in 8 ½ stappen. Dieter Steenhaut verrast daarnaast met zijn voldragen tekeningen. De Jommeke reeks blijft vernieuwen. Dat werd tijd en het is dus een meer dan een goede ontwikkeling.
De spion van Caesar 2 – Het serpent van Hades (Daedalus): Coax is een barbaar in dienst van Julius Caesar. De Romeinse inwoners staan op het punt om te revolteren omdat er te weinig graan is. Omdat Caesar een complot vermoedt stuurt hij Coax op onderzoek uit. Verwacht van deze strip geen hoogstaand historisch epos. De focus ligt vooral op seks, geweld en entertainment. Ook de vrijwel volledig digitale tekeningen stralen uit dat ze voluit voor pulp gaan. Toch is het prima te verteren. Het hoeft niet altijd een sterrenrestaurant te zijn.
De 5 rijken 7 – Tijd voor het geschenk (Daedalus): Keona, één van de personages uit de vorige cyclus van deze reeks, gaat naar het rijk waarvan ze prinses is. De makers schotelen ons op deze manier een compleet nieuwe wereld voor, met een resem nieuwe personages. Net zoals in het eerste deel van de eerste cyclus worden we overdonderd door de veelheid en verscheidenheid daarvan. We zien de koninklijke familie, maar ook een inspecteur van de politie, twee studentes archeologie, een maffiafamilie, enkele leden van een primitieve stam van vissers en zo voort. Allemaal lijken ze nu al echt te leven in onze fantasie en we zagen in de vorige cyclus dat de makers van deze reeks kundig zijn met de verteldraad om al deze lapjes tot één prachtig verhaal te maken. Toen we vorige maand het afsluitende album van de eerste cyclus van deze reeks bespraken, toeterden we dat dit één van de beste reeksen van uitgeverij Daedalus is. Bij dit eerste deel van de tweede cyclus kunnen we dat voluit bevestigen.
Tschai – De waanzinnige planeet boek 3 – De Dirdir (Daedalus): Het voorlaatste deel van de integrales van de verstrippingen van de Jack Vance klassieker is het beste tot nog toe. Het verhaal focust op drie personages en hun pogingen om van de planeet te komen. De eenvoud ervan neemt heel wat chaos weg die ons in de vorige albums toch een beetje parten speelde. De bekende mix is ook hier ruimschoots aanwezig: goed gevonden buitenaardse culturele eigenheden, fauna en flora en nagelbijtende actie. Prachtige SF-strip waarvan het vierde deel niet snel genoeg kan verschijnen.
De Farao’s van Alexandrië deel 3 – De ceders van Libanon (Daedalus): Geen verrassingen in dit afsluitende deel. Een nogal stijf verteld mysterie, stram in beeld gebracht met veel pratende hoofden. Aan de andere kant is het weer genieten geblazen van de prachtige decors en de tot in de puntjes gedocumenteerde Oudegyptische samenleving. De fans van deze reeks weten wat ze mogen verwachten en kunnen dit afsluitende deeltje dus zonder dralen aan hun collectie toevoegen.
De Kronieken van Amoras 12: De val (Standaard uitgeverij): Wij zagen tekenaar Charel Cambré op Facebook vermelden dat dit twaalfde deel van De kronieken van Amoras “het beste tot nog toe” was. Wij voelden ons scrotum in elkaar krimpen en kregen visioenen van Bono die de nieuwste miskleun van zijn muziekgroepje aankondigt. Maar verdomd: Cambré heeft gelijk! Het album verkent de vete tussen de mageren en de vetten van Amoras verder. Er blijkt een enorme tragedie aan ten grondslag te liggen. In het heden krijgt professor Barabas dan weer te maken met hoogst moderne aantijgingen van het me too genre. Dat alles wordt met magnifieke tekeningen en overdonderend metier verteld. De reeks kende al wat mindere deeltjes, maar deze cyclus is top!
Suske en Wiske Junior 11 – Apenstreken (Standaard uitgeverij): Weinig te melden hier. Duchateau (tekst) en Cambré (tekeningen) blijven hoogstaand werk afleveren. Deze gagreeks over de jonge Suske en Wiske blijft grappig, verfrissend en prachtig getekend. Duchateau en Cambré blijven ook telkens een nieuwe invalshoek vinden, wat enorm bijdraagt aan het feit de reeks nog steeds kakelvers aanvoelt. Zo geven ze in dit deeltje een eigen draai aan het superheldengegeven.
GameKeepers 4 – Missie Monstereiland (Standaard uitgeverij): De GameKeepers zijn tieners die bij tijd en wijle zichzelf virtueel in een video game downloaden om aldaar GameMaster Cordelia tegen te werken in haar zucht tot het veroveren van de wereld. Er is echter één kink in de kabel: als je sterft in het spel ga je ook echt dood. Het spel in deze aflevering vindt plaats op een monstereiland. Op zich is dat wat flauwtjes uitgewerkt. Met zo’n setting kan men toch wat meer uitpakken. De tekeningen van Charel Cambré en Pedro J. Colombo, die steeds beter op elkaar ingespeeld lijken, zijn dan wel weer puik. De kleuren van Marloes Deckers maken het geheel af.
Vertongen & Co 40 – Prinselijke zorgen (Standaard uitgeverij): De prins en prinses van Monte Cacao vieren hun huwelijksverjaardag. Markske en co zijn uitgenodigd voor de feestelijkheden. Er zit alleen een haar in de boter: de prinses is boos op de prins en overweegt een scheiding. Ze pakt haar koffers om bij haar moeder te gaan wonen. Wat volgt is een onderhoudende klucht met veel slapstick, vermommingen, melige humor en een einde dat happy blijkt.
Katten 1 (Standaard uitgeverij): Standaard uitgeverij bouwt langzaamaan aan een fonds met een puike schare aan dierenstrips voor de jongere lezertjes. De formule is intussen bekend: vooral door de doelgroep grappig bevonden en nogal brave gags, afgerond met een interessant dossier vol weetjes. Deze Katten onderscheiden zich echter van de rest van de stal door de prachtige tekeningen. Deze reeks is gezegend met een overdreven cartoonstijl die aan Arthur de Pins doet denken en die de grappen grappiger maakt en de emoties overtuigender.