Manga

Met Pluto bracht Urasawa een ode aan de godfather van de manga

De fans van het werk van Naoki Urasawa kunnen sinds eind oktober terecht op Netflix waar zijn mangareeks Pluto nu als achtdelige anime-serie is te zien. Voor liefhebbers die het Engels niet machtig zijn een welkome bewerking, want uitgeverij Glénat heeft van deze serie alleen het eerste deel vertaald in 2009.

En voor wie Pluto destijds wel in de Engelstalige editie van Viz las, is de anime een hernieuwde kennismaking van misschien wel zijn beste serie. De anime volgt de lijn van de oorspronkelijke manga nauwgezet. Ook die bestond uit acht delen, in tegenstelling tot de soms te lang uitgesponnen andere series van Urasawa. Daarvan is alleen het veelgeprezen, 18-delige Monster in het Nederlands verschenen.

Verder is het sprokkelen voor de liefhebbers van zijn albums. Urasawa’s hitserie 20th Century Boys werd na twaalf delen stopgezet door Glénat, waarna de resterende tien delen in het Engels moesten worden aangeschaft (net als het tweedelige vervolg 21th Century Boys). Zijn latere 20-delige serie Billy Bat is hier alleen in het Duits te bestellen, terwijl zijn nieuwste, nog lopende serie Asadora wel weer in het Engels te verkrijgen is.

Pluto is door zijn lengte het meest toegankelijke werk van Urasawa en tevens zijn meest persoonlijke. Hij begon eraan toen hij nog bezig was aan 20th Century Boys, een serie waarmee hij de nodige prijzen in de wacht had gesleept en die werd verfilmd in drie delen. Maar Urasawa wilde artistiek niet afhankelijk zijn van een successerie en besloot een bewerking te maken van een verhaal dat hem als kind enorm had geïnspireerd om zelf later ook manga’s te gaan maken: De grootste robot ter wereld, de bekendste aflevering van een van de populairste manga aller tijden, Astroboy.

Urasawa was als kind een enorme fan van het werk van Astoboy-tekenaar Osamu Tezuka (1928-1989), die met zijn onwaarschijnlijke hoeveelheid getekende strips (tot aan zijn door tekende Tezuka dagelijks een pagina) ook wel de godfather van de Japanse manga wordt genoemd. Urasawa was naar eigen zeggen vooral wild van de serie Phoenix (die Tezuka niet meer heeft kunnen afronden voor zijn dood) en De grootste robot ter wereld. Voor wie geïnteresseerd is: dat verhaal is ook in het Nederlands verschenen. Uitgeverij Standaard vertaalde twintig jaar geleden een aantal Astroboy-pockets. Het verhaal verscheen in deel 3 en is nog tweedehands verkrijgbaar.

Voor wie de bekende kinderserie van Tezuka niet kent: Astroboy speelt zich af in een toekomstige wereld waarin mensen en robots samenleven. Wanneer het zoontje van de wetenschapper Doctor Tenma omkomt bij een auto-ongeluk, bouwt hij een robot naar diens evenbeeld. De replica kan veel, behalve groeien. Een gedesillusioneerde Tenma verkoopt de robot en die komt uiteindelijk in handen van professor Ochanomizu van het Japanse ministerie van Techniek. Astroboy heeft spectaculaire gaven en bezit het vermogen om menselijke emoties te vertonen. Ochanomizu bouwt een familie voor hem en voortaan bestrijdt Astroboy het kwaad.

In De grootste robot ter wereld uit 1964 (Urasawa was toen 4 jaar oud) neemt Astroboy het op tegen Pluto, een gehoornde robot die is gebouwd door ene sultan Ababa. Die wil de wereld overheersen, maar daarvoor moeten eerst alle andere sterke robots in de wereld worden vernietigd. In totaal zijn dat er zeven, inclusief Astroboy. Pluto blijkt echter ontvankelijk voor de menselijke eigenschappen van Astroboy, zoals compassie. Hij raakt vertederd door Astroboys zusje Uran. Uiteindelijk blijft de wereld zo gespaard, waarna het verhaal eindigt met Astroboys verzuchting: ‘Waarom vechten robots tegen elkaar zonder enige haat?’

Het is dat gegeven dat Urasawa inspireerde tot een remake van Tezuka’s klassieke verhaal. Al is het allesbehalve een kopie. ,,Ik las De grootste robot ter wereld toen ik een jaar of vier, vijf jaar oud was’’, vertelde Urasawa daar zelf over in een interview. ,,Mijn ouders verhuisden en ik logeerde een tijdje bij mijn opa en oma. Zij kochten een paar Astroboy-boekjes voor mij om de tijd te doden. Het was mijn eerste kennismaking met manga. Ik begon de strips na te tekenen. Ik werd er vrij goed in. Op een gegeven moment kon ik zelfs Tezuka’s handtekening imiteren.’’

Maar toen hij jaren later besloot een meer volwassen variant te maken van zijn favoriete kinderstrip, bleek hij zich dingen toch anders te hebben herinnerd. ,,Toen ik het verhaal herlas, misten er voor mijn gevoel enkele scènes en zagen andere scènes er heel anders uit dan in mijn herinnering. Blijkbaar had het verhaal zich in de loop der jaren in mijn hoofd al ontwikkeld tot een heel eigen versie.’’

In Urasawa’s versie ligt de nadruk meer op de sociale gevolgen van de aanwezigheid van superrobots in de samenleving, vergelijkbaar met de rol die kernwapens in onze huidige maatschappij spelen. De massavernietigingswapens zorgen voor een broze vrede tussen naties.

Urasawa situeert zijn verhaal in een maatschappij waarin de raciale spanningen tussen mensen en robots flink is opgelopen. Robots lijken steeds meer op mensen, mogen zelfs gezinnen vormen en inmiddels is de eerste robot al opgestaan tegen zijn bedenker. Het bezorgt menig mens koude rillingen en overal duiken anti-robotbewegingen op. Hoofdpersoon is dit keer niet Astroboy, maar een andere superrobot: de Duitse politierobot Gesicht. Hij wordt ingeschakeld wanneer een van de andere zeven superrobots op aarde, de Zwitserse Montblanc, wordt vernietigd. Of wellicht is vermoord een beter woord, want de geavanceerde superrobots in Urasawa’s versie hebben allemaal net als Astroboy menselijke karaktertrekken. Zo worstelen ze allemaal met schuldgevoel nadat ze in een recent verleden zijn ingezet tijdens een grote oorlog, de 39ste Centraal-Aziatische oorlog, waarbij ze enorm veel slachtoffers hebben gemaakt.

In Pluto volgt Urasawa weliswaar de verhaallijn van Tezuka’s oorspronkelijke manga, maar hij maakt er een eigentijdse kritiek op het heden van. En dan vooral op de Verenigde Staten, ook al heet dat land in dit geval Thracië. De 39ste Centraal-Aziatische oorlog heeft namelijk wel héél erg veel overeenkomsten met de Amerikaanse inval in Irak, waarbij ook werd gelogen over de aanwezigheid van massavernietigingswapens en waarbij ook onder de belofte van het brengen van democratie enorm veel slachtoffers vielen.

In Pluto stormt Gesicht tijdens de oorlog in een Amerikaans uitziend legeruniform een woonhuis binnen, waar een radeloze vader schreeuwt dat zijn kinderen zijn gedood: ‘Hoe kunnen jullie zeggen dat jullie onderdrukte mensen komen bevrijden?’ En uiteindelijk blijkt (pas op: spoiler alert) de hele opzet om de superrobots te vernietigen bedacht door de president van Thracië, waarna het plan zich tegen zijn eigen land keert.

Die kritiek op de Verenigde Staten heeft Urasawa niet van een vreemde. Ook Tezuka uitte meermaals openlijk kritiek op de Amerikaanse politiek en de bemoeienis met andere landen. In de tweede Nederlandstalige bundel van Astroboy verzucht Tezuka in het voorwoord dat de Amerikanen een dubbele moraal hebben. Een strip waarin een robot kapot viel mocht niet worden uitgebracht in de VS omdat die te gewelddadig zou zijn, terwijl de Amerikanen wel ‘hulpeloze mensen hebben vermoord in Zuid-Oost Azië’. 

Urasawa heeft in zowel zijn manga Billy Bat als in Asadora impliciet kritiek geuit op de langdurige Amerikaanse militaire aanwezigheid in Japan na de Tweede Wereldoorlog, iets waar Tezuka zich ook vaker over opwond. En zo zijn er meer vergelijkingen tussen het werk van beide mannen te trekken. Neem alleen al de vele verwijzingen naar Tezuka’s werk in dat van Urasawa. In Monster heet de hoofdpersoon naar de schepper van Astroboy: dokter Tenma. In Pluto zitten nog veel meer verwijzingen. Zo vertelt een blinde componist aan het begin van het verhaal hoe hij als kind is gered door een peperdure wonderdokter; een overduidelijke knipoog naar Tezuka’s succesmanga Black Jack. En (let op: nog een spoiler alert) Gesichts geadopteerde robotkind heet Robita, naar een personage uit Urasawa’s lievelingsmanga Phoenix.

Met de nieuwe Netflix-serie is het verhaal van Pluto voor een groter publiek toegankelijk. Hopelijk zet het mensen die zijn werk niet kennen aan meer van hem te lezen. Urasawa’s manga behoren tot het beste wat Japan te bieden heeft. Van zijn verschillende series werden wereldwijd 140 miljoen exemplaren verkocht. Voor Pluto ontving hij meerdere prijzen. De prijs die hem het meest deugd moet hebben gedaan, was de Osamu Tezuka Cultuurprijs in 2005, een onderscheiding die hij ook kreeg voor Monster