Artikelen

Stripje, stripje aan de wand…

Eerst de feiten, dan de mening. We zijn in Nederland en Vlaanderen in de gelukkige omstandigheid dat we een aantal musea hebben voor het beeldverhaal: het Stripcentrum in Brussel, Storyworld in Groningen en MOCA in Noordwijk. Daarnaast haakt er wel eens een regulier museum aan met een stripexpo, en zo kunnen we spreken over een gezonde representatie van strips in een museale setting. Zonder meer.

Wat opvalt is dat de musea bovengemiddeld vaak kiezen voor strips uit de oude doos en die keuze als zodanig expliciet uitgedragen: in het afgelopen jaar waren dat 75 jaar Blake en Mortimer, 100 jaar Hans Kresse, 75 jaar Lucky Luke en 50 jaar Jan, Jans en de Kinderen. MOCA kiest met de nieuwe expo Grensverleggers voor een stap naar voren: die begint in de antieke oudheid (Toonder, Kruis, Kresse, Dulieu) en gaat via de jaren tachtig van Joop Klepzeiker naar het actuele werk van Kolk, Typex en Ouwerkerk. Al deze klinkende namen laten gezamenlijk zien “hoe de Nederlandse strip zich in ieder tijdperk heeft aangepast aan zijn tijd en met behoud van kwaliteit altijd boeiend is gebleven.” Mooi gezegd. Dat musea zich in al die tijdperken ook hebben aangepast en ontwikkeld, blijkt dan weer minder: de expo bestaat uit een groot aantal originele tekeningen (“meer dan zestig”) die aan de muur zijn gehangen.

Een museum als muur, dat hebben ze in Groningen duidelijk anders aangepakt. Logisch dus dat Storyworld onlangs werd uitgeroepen tot Meest Kidsproof museum van de provincie Groningen. Er hangen daar namelijk genoeg dingen aan de muur, maar er is ook van alles te doen. Meemaken, creëren, ontdekken; in Storyworld kan het allemaal. Het is een echte totaalbeleving daar, maar pakt dat goed uit voor de strip als medium?

Het antwoord is helaas wat minder prijswinnend. Storyworld is namelijk gewijd aan de heilige drie-eenheid van games, strips en animatie. Die laatste moeten we heel ruim nemen, want in concreto betekent animatie vooral dat er blockbusters uit de bioscoop worden geprogrammeerd: mooie expo’s (Ainbo bijvoorbeeld) met props en figuurtjes die het goed doen bij met name de jonge museumbezoeker en dus gezinnen. Top, klasse, zo moet het. Bij games van hetzelfde laken een pak. Ook daar worden de expo’s afgestemd op jonge mensen en iets oudere jonge mensen – Pacman, Lara Croft. Pittig, uitdagend, energiek.

Maar dan is het de beurt aan de strip: de expo 100 jaar Hans Kresse wordt aangekondigd als een overzicht met werk van “een van de Grote Drie van de stripwereld”, naar analogie van die andere Grote Drie – literaire mastodonten die ook nog nauwelijks worden gelezen. We gapen zo hard, dat hele gezinnen pijn hebben in hun mondhoeken. Met andere woorden: de strip is weer eens de filatelist van het trio, het faxapparaat van de kantoortuin, de ondergoedbak van de inbrengwinkel. De enige keer dat kinderen 100 leuk vinden is als er Studio voor staat.

Is er dan niets moderns of nieuws aan de gang? Is strip dan echt een medium dat zichzelf alleen maar kan tonen als iets dat al 50, 75 of 100 jaar oud is? Of moeten we de beleidsbepalers van de musea eens uit hun belegen oerbubbel halen? In Engeland verscheen eind vorig jaar het geweldige The most important Comic Book on Earth, waarin een immense groep internationale artiesten, politici, kunstenaars en activisten samenwerken met stripmakers om aan te tonen dat we écht werk moeten maken van ons klimaat. Actueel, urgent, boeiend en bij uitstek geschikt om in een museale setting te laten zien: het is interactief, informatief en beeldend interessant. Greenpeace doet mee, het Wereldnatuurfonds, de hele reutemeteut. Je kunt er met gemak alle culturele buzzwords op loslaten: alle vinkjes op groen. Je ziet het gewoon voor je én de strip staat in het middelpunt. Maar zoiets gebeurt hier niet. De musea kiezen nog maar eens voor een overzichtje van een oeuvre, voor een rij originelen van vroeger, voor de viering van een antiek jubileum.

Altijd maar dat terugkijken. Jazeker, het medium strip heeft een verleden om trots op te zijn, maar zoals de Vlaamse stripmaker Lecttr het onlangs perfect stelde in zijn vlammende bijdrage in Stripgids: als je je alleen oriënteert op een glorieus verleden in plaats van werk te maken van een glorieuze toekomst, dan heb je een probleem. Waar het op neerkomt: de verkeerde generatie staat aan het roer in de museumwereld als het om strips gaat. Hop, maak plaats voor een jongere generatie die volop in de wereld van nu leeft – of ga op z’n minst niet zo breed zitten.


Deze tekst verscheen eerder in Zone 5300, nummer 129. Dit is een licht bewerkte versie.