Artikelen

De succesvolle adaptatie van misdaadromans tot stripverhalen: Wat De Verhoeven Brigade zo sterk maakt

Stripverhalen waarin detectives acteren zijn er in overvloed. Grappige, keiharde en spannende, het detectivegenre is van alle markten thuis. Toch zijn sterke plots en verhaallijnen zeldzamer. In de film of televisiewereld grijpt men daarom naar boeken. Toch blijkt de adaptatie van succesvolle politieromans tot hoogstaande strips een bijzonder moeilijk genre. Met De Verhoeven Brigade bestaat er een romancyclus waar dat blijkbaar wel lukte.

De Verhoeven Brigade is een detectivereeks gebaseerd op de succesvolle romans van Pierre Lemaitre. De strakke scenario’s zijn van Pascal Bertho, de uitzonderlijk mooie tekeningen van Yannick Corboz. De inkleuring door Sébastien Bouët is trouwens opmerkelijk goed en maakt integraal deel uit van de leeservaring. Tot dusver bestaat de reeks uit drie albums rond inspecteur Camille Verhoeven. Naar alle waarschijnlijkheid lijkt het daarmee afgelopen.

Verhoeven is een klein kaal mannetje. Een volwassen man in een kinderlichaam. Een man met een persoonlijk drama. Zijn echtgenote is ontvoerd en gruwelijk vermoord. Op zich een weinig origineel gegeven in de misdaadroman. De bekende Franse misdaadauteur Franck Thilliez deed hetzelfde met zijn inspecteur Frank Sharko en ook Britse en Amerikaanse misdaadauteurs gingen hen daarin voor.

De romans van de Verhoeven-trilogie verschenen in Nederlandse vertaling bij Xander Uitgevers. Dat is ondertussen al even geleden en aangezien boeken geen lange levensduur meer kennen, zijn die alleen nog in de ramsj of tweedehands te verkrijgen.

De trilogie of tetralogie van Lemaitre (zonder de gebruikelijke accent circonflexe op de i die Silvester Strips merkwaardig genoeg toevoegde, wellicht omdat het correcte Franse spelling is) telt ondertussen vier romans. Pierre Lemaitre kondigde in 2021 aan dat hij geen ‘zwarte romans’ meer zou schrijven. Dat laatste vergt enige uitleg. In Frankrijk is de misdaadroman vooral bekend van de Série Noire van uitgeverij Gallimard. Een reeks die startte in 1948 en succes boekte met Franse vertalingen van de grote Amerikaanse misdaadauteurs. Vandaar de term roman noir. Een andere Franse bijnaam voor politieromans is polar.

De verstrippingen van de Verhoeven-cyclus dateren van 2018, 2019 en 2021 bij de uitgeverij Rue de Sèvres. De Nederlandse uitgave door Silvester Strips is zeer luxueus. Dat verdient een compliment.

Het derde en mogelijk laatste album gaat over een herfstavond waarop een jonge vrouw zeer gewelddadig gekidnapt worden. Ze wordt opgesloten in een verlaten loods en opgehangen in een kooi. Commandant Camille Verhoeven wordt ondertussen opgeroepen op een plaats delict. Daar ligt een man in een plas bloed in de keuken. Ter info in Frankrijk is een hoofdinspecteur een commandant, net zoals Columbo in Los Angeles een lieutenant is. Een detective van de moordafdeling dus.

Commandant Verhoeven moet deze verdwijningszaak erbij nemen van zijn baas en vriend Le Guen. Wees gerust, hierna volgen geen spoilers meer in dit artikel. Feit is dat Verhoeven gezien zijn droevige herinneringen zich niet meer met dergelijke zaken wil bezighouden. Zoals in elk goed scenario moeten er conflicten in zitten. Dit is er één van.

Het derde album Alex is net als de eerste twee, Irene en Rosie, een ijskoude thriller. Zoals we die van de betere misdaadseries op televisie kennen. Met iets wat in een strip natuurlijk gemakkelijker kan dan op de buis, namelijk een detective opvoeren van 1 meter 45, zonder enige lichaamsbeharing.

De strips in deze reeks kenmerken zich door een zeer zwarte inhoud. Met bijna duivelse en onvoorzienbare wendingen. De plottwist op het einde is in het genre al geruime tijd een must. De thematiek in deze reeks is gruwelijk of zoals ze zeggen niet voor gevoelige kijkers. Maar het intrige is beklijvend. De spanning constant. Het scenario is bij alle drie de albums zeer goed opgebouwd, de ontknoping is steeds verrassend.

Maar wat maakt deze reeks zo uniek of interessant? Dat verwerken en aanpassen van misdaadromans tot stripverhaal is al vaker geprobeerd, vooral in de jaren 1990, en dan meestal met een verschrikkelijk resultaat. De Brusselse uitgever Claude Lefrancq liet hele reeksen misdaadromans verstrippen. In de meeste gevallen met een triestig resultaat. En de auteurs werden bovendien nooit betaald. Van de bijna vijftig albums in de detectivereeks zaten maar een paar pareltjes.

Voor de liefhebbers sommen we ze even op. De twee bewerkingen van Agatha Christie door scenarist François Rivière en striptekenaar Jean-François Miniac. Dat zijn ware kunstwerkjes. Net als het ene album gebaseerd op Nero Wolfe van Rex Stout door tekenaar Philippe Wurm en scenarist Jean-Claude de la Royère. Het vierde voorbeeld is De hond van de Baskervilles (Sherlock Holmes van Arthur Conan Doyle) door scenarist André-Paul Duchateau en striptekenaar Stibane (de tweelingbroer van Georges Van Linthout bekend van Lou Smog en Brian Bones).

Een andere prachtige verstripping waren de verhalen van Harry Dickson door Jean Ray, die op scenario van Christian Vanderhaeghe getekend werden door de helaas veel te vroeg overleden striptekenaar Pascal J. Zanon. Die reeks vulde een gat in de markt. Een gat gelaten door het uitblijven van nieuwe albums van Blake en Mortimer. Hoewel de scenario’s steeds rampzaliger werden, bleven de prachtige tekeningen voor veel lezers een excuus om die reeks te koesteren. Van de in de Franstalige wereld wereldberoemde romans met Harry Dickson verschenen al meerdere pogingen tot verstripping. Het laatste eind vorig jaar.

En dan nu dus De Verhoeven Brigade. Het moet gezegd: qua adaptatie is het een hoogtepunt, voor een groot deel te danken aan de semi-realistische tekenstijl van Yannick Corboz. Die striptekenaar weet op uitzonderlijke wijze spanning weer te geven. Dat is trouwens niet gewoon een kwestie van goed kunnen tekenen, het is vooral een compositorische kunde. De grimmigheid straalt van de pagina’s af.

In verschillende opzichten doet het tekenwerk van Corboz denken aan de detectivereeks Jerome K. Jerome Bloks van Alain Dodier, hoewel die reeks sterk evolueerde door de jaren heen en nu overdadig gebruikmaakt van digitale foto’s. Aanvankelijk schreven Serge Le Tendre en Pierre Makyo de scenario’s, maar Dodier ging vanaf album zes alleen verder. Toch is de sfeer anders, met het volledig ontbreken van grimmigheid. Bloks heeft iets tragikomisch, maar het blijven misdaadstrips.

De gelijkenissen zitten natuurlijk in Parijs als decor of setting én de tekenstijl. Maar de reeksen hebben ook iets ontastbaars gemeen, namelijk ritme. Sterker gezegd: het leesritme. Verhaaltechnisch is De Verhoeven Brigade ingewikkelder en die complexiteit uit zich in het ritme.

Het ritme wordt immers regelmatig onderbroken. Voor een deel is dat een gevolg van de flashbacks die het hoofdpersonage of andere protagonisten introduceren. Zo wordt het verhaal psychologisch gekaderd voor de lezer, iets voor een veel volwassener publiek. Als narratieve truc is een flashback zeer gevaarlijk. De meester van de suspense, Alfred Hitchcock, was niet zonder goede redenen een felle tegenstander van de flashback. Bertho en Corboz spelen met het ritme door flashbacks op verschillende manieren in meerdere verhaallijnen te gebruiken. Een gevaarlijk spel, maar als het juist wordt ingezet, levert dat extra spanning op en laat het plottwists toe.

De Verhoeven Brigade bewijst dat adaptatie van misdaadromans tot spannende strips mogelijk is. De verschillende oplossingen zoals een semi-realistische tekenstijl, de sfeerbepalende inkleuring, het ritme, het manipuleren van de spanning, meerdere verhaallijnen zijn zaken die het bestuderen waard zijn. Stripmakers kunnen leren van De Verhoeven Brigade.



Yannick Corboz & Pascal Bertho – Verhoeven Brigade 1: Rosie. Silvester Strips. 72 pagina’s hardcover. € 24,95.

Yannick Corboz & Pascal Bertho – Verhoeven Brigade 2: Irene. Silvester Strips. 72 pagina’s hardcover. € 24,95.

Yannick Corboz & Pascal Bertho – Verhoeven Brigade 3: Alex. Silvester Strips. 72 pagina’s hardcover. € 24,95.