Strips

Hoe de man met de leeuwenkop zijn eigenheid steeds verder kwijtraakte

Toen Concerto Books vorig jaar 1984 van Xavier Coste uitgaf, was dat zo’n geweldig schot in de roos dat het absoluut naar meer smaakte. Niet alleen Coste’s bewerking van het beroemde verhaal was smullen, eigenlijk klopte gewoon alles aan het boek. Kosten noch moeite waren gespaard en de uitgave verscheen op schitterend papier, gebonden in een luxe vierkante kaft. Een boek om te koesteren, kortom.

De investering in Coste was duidelijk de moeite waard. Nu, amper een jaar later, verschijnt zijn nieuwe boek, De man met de leeuwenkop. Het is weer smullen. Ook nu spat de weelde van de pagina’s af.

Met 1984 greep Coste terug op een bestaand scenario, dit keer heeft hij alles zelf geschreven en uitgevoerd. Wat is gebleven, is de beklemmende sfeer en voorbode van narigheid, die overal in het verhaal sluimert. De man met de leeuwenkop biedt precies wat de titel doet vermoeden: het levensverhaal van Hector Bibrovski, een bijzondere man die zoveel haargroei heeft dat zijn gezicht nog het meeste lijkt op dat van een leeuw. Deze aandoening heeft hij van zijn vader geërfd.

Zijn uiterlijk maakt hem voor weinig geschikt, totdat hij zijn roeping lijkt te vinden als hoofdattractie op een van de rondreizende freakshows, die in het begin van de twintigste eeuw de Europeanen vermaakten. Via de belevenissen van Hector leren we andere verschoppelingen kennen, zoals de vrouw met de baard, de degenslikker, de Siamese tweeling en de reuzenbaby. Stuk voor stuk freaks, die werden uitgebuit ten koste van de immense trauma’s die bij hun uiterlijk horen.

Achter Hectors uiterlijk verbergt zich een heel ander mens. Onder de woeste haarpartij schuilt een introverte man, die het liefste zijn tijd doorbrengt met boeken. Het loopt anders. Als hij geronseld wordt voor het circus in Amerika, ziet de lezer hem de oversteek maken en in het beloofde land nog grotere massa’s vermaken. Hij heeft succes en verdient geld als water. Langzaam wordt hij echter geconfronteerd met de keerzijde. Dit begint bij de komst van een concurrent, de kreeftjongen, met scharen in plaats van handen. Opeens is hij niet meer nummer één, hij is oud nieuws geworden. Pas dan daalt bij Hector het besef in hoezeer hij en zijn collega’s worden uitgebuit en later afgedankt.

In De man met de leeuwenkop treedt Xavier Coste buiten de gebaande paden. Hij beperkt zich niet tot de traditionele stripkaders. Hij pakt flink uit: sommige pagina’s ogen als op zichzelf staande schilderijen, met composities en kleuren die nadrukkelijk op de emotie van de lezer mikken. Deze lezer wordt zo meegenomen in de ontheemding van Hector, en hoe hij zich van de maatschappij wordt vervreemd. Door op de juiste momenten terug te grijpen naar de structuren van het traditionele stripverhaal, houdt Coste het verhaal duidelijk en logisch.

Doordat Hector gedwongen wordt zichzelf steeds beestachtiger te gedragen (“give the people what they want”), drijft hij steeds verder af van zijn ware zelf. Of is het juist het beest in hem dat volledig de vrije loop moet krijgen? Steeds sluimert die ene vraag: wat zit er precies verstopt onder al dat haar? Mens of beest? En wat is eigenlijk beter?

Xavier Coste – De man met de leeuwenkop. Concerto Books. 216 pagina’s hardcover. € 34,99