Strips

Chartwell Manor: een voorbeeldig relaas van een traumatische ervaring op de kostschool

‘Chartwell Manor’. Proef het op je tong. Dat klinkt als een dure Engelse kostschool. En dat is het ook, maar dan in New Jersey. En de 13-jarige Glenn Head moet erheen, want op de gewone school gaat het helemaal niet goed. Nu zouden we het ADHD genoemd hebben, maar vroeger – het is eind jaren 60 – heette het dat je dan discipline nodig had. Glenns ouders weten uiteraard niet dat de beslissing om hun zoon naar de kostschool te sturen hem zwaar zou beschadigen.

De school wordt geleid door een strenge hoofdmeester, die er niet voor terugschrikt de leerlingen te slaan en ze seksueel te misbruiken. De manipulatieve methodes die hij hanteert komen helder in beeld, zoals aantrekken en afstoten, samenzwering en de dreiging van grof geweld. Ook al weten de jongens het van elkaar, niemand durft het ‘grote geheim’ te vertellen aan de buitenwereld. Na twee verschrikkelijke jaren lonken de volwassenheid en de vrijheid. Hoewel, vrijheid?

De opgelopen emotionele kreupelheid vertaalt zich in verslaving. Glenn Head verhuist naar het ranzige deel van New York en gaat zich te buiten aan alcohol, drugs en porno. Relaties met vrouwen gaan moeizaam, hij is vaak eenzaam, maar de roes verzacht veel – tot de 30 nadert. Een negatieve AIDS-test doet hem besluiten minder risicovol te gaan leven. Dat lukt, hij raakt voortaan geen druppel meer aan. Maar het trauma is hiermee niet weg. En kan hij zijn ouders vergeven? Hoeveel wisten zij, hadden ze het kunnen weten, kunnen ze zichzelf achteraf vergeven?

De hoofdmeester is tegen de lamp gelopen en naar de gevangenis, het schandaal stond in de krant. Het lukt niet echter om met zijn ouders te communiceren. Hij zoekt oude klasgenoten op, wat tot schokkende ervaringen leidt. Zijn lotgenoten zijn soms erger aan toe. Maar het leven gaat onverbiddelijk door en uiteindelijk is er geen Hollywoodiaanse catharsis, maar simpelweg de tijd die wonden heelt. Misschien niet helemaal, maar toch.

Het persoonlijke is vaak universeel en Chartwell Manor is een voorbeeldig relaas van een traumatische ervaring, een respectabele graphic novel, maar je kunt je afvragen of dit het hoogtepunt in zijn oeuvre is. Ergens in het hoofdstuk over zijn fase als jongvolwassene laat Head een vriend namelijk opmerken dat zijn werk tot dan toe (ik neem aan dat het hier om vroege undergroundtitels als Guttersnipe en Avenue D gaat) nog niet tot volle bloei is gekomen.

Chartwell Manor is autobiografisch, openhartig en therapeutisch, maar het uitstallen van de feiten hoeft niet zonodig tot hogere kunst te leiden. Je hebt de feiten en de waarheid – de waarheid zat ook al in zijn vroege werk, zij het niet expliciet. De sloebers uit Heads oude verhalen zijn ook verslaafd aan alcohol, porno en diverse drugs. Hoe surrealistisch het vaak is, je voelt ook hier dat de maker daar zelf niet ver van afstaat – hoe kun je überhaupt iets uit het niets verzinnen?

Grafisch gezien is Glenn Head een typische exponent van de Amerikaanse underground. Op de kostschool wordt eigenaardig genoeg het bezit van strips als ZAP met het ruige werk van Robert Crumb en S. Clay Wilon getolereerd – het heeft hem duidelijk beïnvloed. Net als bij Roy Tompkins laat Glenn Heads tekenwerk zich karakteriseren als losse schetsen met een uiterst precieze penseelstreek erover heen. Het groteske is er vanaf, dit is namelijk een waargebeurde geschiedenis en zijn stijl neigt hier meer dan ooit naar realisme.

Glenn Head – Chartwell Manor. Fantagraphics. 240 pagina’s. € 22,93.