Strips

Delitte’s grote zeeslagen: spetterend uitgebeeld, tamelijk droog verteld

Boten, boten en nog eens boten. Wie het werk van de Belgische stripmaker Jean-Yves Delitte een beetje kent, weet dat het negen van de tien keer draait om scheepvaart. Sinds de beginjaren van deze eeuw werkt hij aan strips die zich op of nabij het water afspelen, met de nautische succesreeksen Belem en Black Crow als blikvangers. Onlangs verscheen het eerste deel van Black Beard, nog maar eens een piratenreeks waarvan de stripliefhebber intussen de ingrediënten kan dromen.

Maar in het geval van Delitte is het geen straf: als geen ander weet hij schepen in al hun glorie te tekenen. Dat doet hij niet onverdienstelijk overigens. Vanwege zijn accuratesse is hij lid van de Academie voor Kunsten en Wetenschappen van de Zee en officieel marine-schilder. Hij draagt ​​ook het Ridderkruis in de Orde van de Kroon. Bepaald geen onbeduidende stripmaker, zogezegd.

Ook in zijn serie rond de grote zeeslagen uit de wereldgeschiedenis is het nautisch leven wat de klok slaat. Intussen zijn daar dertien delen van verschenen. De serie – getiteld De grote zeeslagen, voor alle duidelijkheid – behandelt allerlei zeeslagen, opgedeeld in vier tijdperken: de oudheid, de middeleeuwen, de nieuwe tijd (van 1492 tot 1789) en de nieuwste tijd, die na de Franse revolutie begon. Deze tijdvlakken zijn op de albumruggen aangegeven met een kleurcode.

De reeks is wisselvallig. Omdat Delitte niet tornt aan de geschiedschrijving en het nergens iets mooier maakt dan het is, moet de lezer het vaak met een verhaal doen dat niet werkelijk op gang komt. Een zeeslag is op zich nu eenmaal niet een album lang interessant. Met name de zeeslagen uit de twee eerste tijdvlakken hebben last van dat manco, want in de aanloop naar de zeeslagen zelf – die altijd worden uitgevochten vanaf driekwart van het album – gebeurt niet bijster veel. En wat er plaatsvindt is vaak veel te complex voor de tijd die Delitte ervoor neemt, of krijgt.

Neem de zeeslag bij La Hougue, waarover het dertiende album gaat. We schrijven het jaar 1688, tijdens de Negenjarige Oorlog, als Frankrijk strijdt tegen zo ongeveer heel Europa. Lodewijk XIV, de Zonnekoning, is van zins zijn invloedsferen nog verder uit te breiden maar overspeelt zijn hand. In een overmoedige bui wil hij een vazal op de Engelse troon installeren. Daartoe moet hij het Kanaal tussen Frankrijk en Engeland innemen om zo zijn troepen naar het Britse schiereiland te kunnen overbrengen. Maar hij verkijkt zich op de slagkracht van de Britten die samenspannen met de Hollanders, die ook nog een appeltje met Lodewijk te schillen hebben. Al deze context wordt tussen de regels door in dialogen en situaties verstopt.

De aanloop naar de confrontatie is zwanger van de informatie: allerlei gepruikte types lopen rond met plannetjes en zorgen, Lodewijk gedraagt zich als een verwende despoot en commandeert zijn ondergeschikten die hem niet durven tegen te spreken. Dat ze als kanonnenvoer dienen, deert ze vervolgens niet: liever dat dan de absolute vorst tegen de haren instrijken. De lezer neemt het allemaal aan.

Wat bovendien niet handig uitpakt is dat Delitte vaak kiest voor de slag zelf als een abstract geheel: het gaat dan om de historische omtrek en bijvoorbeeld niet over de zeelieden. Het wordt er stijf en droog van. Een persoonlijk verhaal dat buiten het strikt historische kader speelt zou de reeks een stuk aantrekkelijker en zeker invoelbaarder maken. Dat bewees Delitte nota bene zelf in het twaalfde deel, dat over het onoverwinnelijk geachte Duitse slagschip de Bismarck handelt. In dat verhaal volgen we twee scheepslieden die het verhaal van binnenuit vertellen: het is veruit het beste verhaal van de reeks en zelfs een van de beste nautische strips die ooit verscheen.

Delitte heeft met de reeks beslist iets moois in handen, maar doet er getuige de laatste twee albums goed aan te kiezen voor een menselijker aanpak: als er een extra laag wordt toegevoegd, gaan de verhalen leven en wordt de aanloop naar de slag meteen een stuk interessanter, in ieder geval voor lezers die niet uitsluitend voor de mooie schepen gaan.

Jean-Yves Delitte – De grote zeeslagen 13: La Hougue. Glénat. 48 pagina’s hardcover. € 17,95.