Strips

De pestlijders van Pagnol is een morbide en actueel verhaal over leven, dood en de keuzes ertussen

Hoe reageert een gemeenschap op een dodelijk pandemie dat zich ineens openbaart? Curieuze vraag in deze tijden van corona, maar we zijn beslist niet uniek. In de achttiende eeuw raasde de pest over Europa, waaronder de zuidkust van Frankrijk. In De pestlijders, naar een nooit voltooid verhaal van de Franse romancier en cineast Marcel Pagnol, zien we hoe Marseille kopje onder gaat en hoe een groep wijkbewoners de handen ineen slaat, onder leiding van een markante dokter.

Het merendeel van de Pagnol-verhalen speelt in een uitgesproken gemoedelijk decor, dat van de lommerrijke Provence, waar altijd de zon schijnt. Op de eerste paar pagina’s van deel 1 zien we nog iets van de typische entourage, maar dat verandert zodra het slechte nieuws de stedelingen bereikt. Men moet serieus rekening houden met een pandemie van ongekende omvang. De zon zal er niet minder om gaan schijnen, toch verandert er subiet iets in het kleurpalet van Samuel Wambre, die met dit tweeluik zijn eerste bijdrage levert aan de Pagnol bibliotheek: hij wisselt de uitgelaten kleuren voor donkere, onheilspellende tinten. Alleen binnenshuis lijkt de pleuris nog geen vat op de fleur te krijgen.

De pestlijders speelt in het jaar 1720, de tijd de horigen, geestelijken en welgestelden. Als men in de havenstad Marseille enkele gevallen van de pest worden vermoed, gaat het snel mis. De dodelijke epidemie verspreid zich razendsnel onder de bevolking die lijdzaam toeziet hoe hele stadsdelen uitsterven. De gerespecteerde dokter Pankration, een man met lang wit haar en een baard, bedenkt een list: hij roept de wijkbewoners bij elkaar en besluit zich terug te trekken binnen de wijkmuren.

Door zelfvoorzienend te worden en te teren op wat er bij aanvang van de zelfgekozen lockdown voorhanden is, hopen de lieden de pest te vermijden. Om niet in de gaten te lopen, moeten ze zich muisstil gedragen. Niemand mag weten dat ze er zijn.

Het klinkt jongensboekachtig – zoiets als de hele Tweede Wereldoorlog in een hut in het bos wonen – maar Pagnol weet er in het verhaal genoeg spannende elementen aan toe te voegen. Uiteindelijk wordt het onhoudbaar: de stadsraad besluit om wijk voor wijk plat te branden om zo de ziekte in de kiem te smoren. Dan wordt er nog een keer naar Pankration gekeken: dokter, verzin een list.

Pagnol nam in De pestlijders alle gelegenheid om overlevingsstrategieën te koppelen aan primaire menselijke reacties. Uiteraard zijn er lieden die niet willen meedoen en mensen die zich op andere bakens richten – ook hier wordt het Rooms Katholieke geloof weer ongenadig weggezet als een nietsontziend, egoïstisch gremium. Het verhaal blijkt vooral een oefening in samenwerken en geloven in het goede van de mens. Voor wie wil is er genoeg te verwijzen naar hoe wij met corona omgaan.

Helaas is het tekenwerk ondermaats. Wambre houdt er een vreemde manier van werken op na: het ziet eruit alsof hij naderhand alle outlines met een zwarte viltstift heeft overtrokken. Vast een digitale manier van werken, maar het pakt hoe dan ook niet voordelig uit. Gezichten zijn vaak teruggebracht tot stipjes en streepjes, mensfiguren worden amorf en emoties leunen zwaar op de inkleuring. Bovendien ontbreekt iedere dynamiek waardoor de pagina’s statisch en plat lijken. Het heeft weg van een haastklus, de Pagnolverhalen onwaardig.

Gelukkig is de vertelling meeslepend genoeg om niet steeds bij de grafische knulligheid te hoeven stilstaan, al dient zich dan het volgende euvel aan: de vertelstem – die van de vierkante tekstkaders – heeft een eigen, moeilijk leesbaar lettertype dat oogt alsof het een geschreven verslag betreft. Ook deze keuze heeft iets vreemds, het ís namelijk geen verslaglegging achteraf. Het font zorgt er vooral voor dat de lezer de spanning niet kan bijhouden: steeds als de alwetende aan het woord is, moeten de ogen in varifocus-stand.

Juist omdat de Pagnol-bibiotheek zo’n hoog niveau heeft en de verhalen zo perfect worden bezorgd, mag er een harde noot worden gekraakt. Verhalend is De pestlijders top, in lijn van Jean van Florette, maar grafisch is het deze keer achtergebleven.

Eric Stoffel, Serge Scotto & Samuel Wambre (naar Marcel Pagnol) – De Pestlijders. Saga Uitgaven. Twee delen van respectievelijk 72 en 68 pagina’s, hardcover. € 24,95 per deel.