graphic-novels-voor-de-leeslijst
Artikelen

“Strips in de klas is een grassroots beweging”

Woensdag 7 november 2019 presenteerde Margreet de Heer in boekhandel Scheltema aan het Rokin de gids Graphic novels voor de leeslijst die zij samen met docent Nederlands Willard Mans en Comiclopedia beheerder (en Donald Duck redacteur) Bas Schuddeboom had samengesteld. Met deze gids loste De Heer een belangrijke belofte in. Strips op de leeslijst krijgen was namelijk één van de speerpunten in de campagne die haar de titel Stripmaker des Vaderlands opleverde. Maar het samenstellen en publiceren van een gids met een ambitieuze doelstelling is één ding, zorgen dat die doelstelling behaald wordt een pittige tweede.

Omdat we al een tijd niets meer vernomen hadden, besloten we Margreet maar eens te bellen. En omdat twee meer weten dan één namen we ook contact op met Robin Vinck, journalist en één van de drijvende krachten achter de Stripmaker des Vaderlands.

Het is bijna vier maanden geleden dat jullie de gids officieel presenteerden. Hoe gaat het met de gids?

Margreet — We zijn op 20 november naar de Dag van het Literatuuronderwijs geweest en daar mochten we in elke goodie-bag een gids stoppen. Dat waren er 1.200 in totaal. Het is een vakbeurs en iets meer dan de helft van het bezoek bestaat uit docenten Nederlands, de rest zijn PABO-studenten. De feedback die we trouwens van docenten krijgen is positief.

De helft van de aanwezigen bleek niet uit de stripwereld, maar het onderwijs te komen en ze hadden allemaal enthousiaste verhalen. Ik was aangenaam verrast toen ik dat ontdekte.

Robin — Niet alleen van docenten overigens, maar ook van boekhandels en bibliotheken. We krijgen ook veel e-mails van mensen die de gids ontdekken via de site en vragen naar een gedrukt exemplaar. Iedereen is blij dat er eindelijk zoiets is. Om eerlijk te zijn is de respons beter dan ik had verwacht. Ook van de media overigens. Toen Margreet verkozen werd tot Stripmaker des Vaderlands vertelde ze natuurlijk al dat ze dit van plan was, maar toen ze een jaar later de presentatie aankondigde bleken sommige journalisten zich dat nog te herinneren. De media-aandacht rondom de presentatie was daardoor verbazingwekkend groot. En de interesse blijft aanhouden. Er zijn steeds weer nieuwe mensen die ons initiatief ontdekken en ernaar vragen, een goed teken.

Margreet — Elke januari is het Stripmaand bij boekhandel Scheltema en dan geef ik altijd een praatje. Dit jaar vertelde ik over onze vorderingen met de gids. De helft van de aanwezigen bleek niet uit de stripwereld, maar het onderwijs te komen en ze hadden allemaal enthousiaste verhalen. Ik was aangenaam verrast toen ik dat ontdekte.

Margreet-WIllard-en-Bas

Mensen zijn er duidelijk blij mee. Is er zo’n sterke behoefte aan de gids?

Robin — Er is interesse voor strips, maar veel mensen weten niet waar ze moeten beginnen. Dat is ook een beetje het idee van de gids: het is een startpunt. In 55 pagina’s konden we natuurlijk niet alle titels behandelen die dat verdienen, we moesten een selectie maken, dus we hopen dat mensen na het lezen van de gids verder zoeken.

Margreet — Ik had zelf verwacht dat we wel wat schampere reacties zouden krijgen uit de onderwijswereld, maar dat gebeurde niet. Docenten hebben tegenwoordig al moeite genoeg om leerlingen aan het lezen te krijgen en zijn juist blij met dit soort initiatieven. Er was wel een jonge docent die mij vroeg hoe hij zijn collega kon overhalen. Die was nog van de oude stempel. Ook uit de stripwereld waren de reacties trouwens positief. Ik had verwacht dat veel mensen zouden klagen over de selectie, maar dat viel heel erg mee.

Wat heb je op de vraag van de jonge docent geantwoord?

Margreet — Dat er veel veranderd is in de laatste jaren en dat de titels in de gids niets te maken hebben met de strips uit zijn jeugd. Dat soort reacties zijn meestal het gevolg van onwetendheid. Strips zijn niet alleen voor kinderen, er zijn genoeg strips die op de literatuurlijst passen en onze gids laat dat zien.

De stripwereld is voor de meesten toch vrij onbekend, dus voor hun is 55 strips vaak best een hoop.

Hebben jullie nog overwogen om op de website een langere lijst te plaatsen? Daar heb je immers geen ruimtebeperking.

Robin — Daar hebben we het nog helemaal niet over gehad. Ik vraag me ook af of dat niet averechts zou werken. De mensen voor wie het bedoeld is zijn juist wel blij dat het nu een overzichtelijk aantal is. De stripwereld is voor de meesten toch vrij onbekend, dus voor hun is 55 strips vaak best een hoop. Wat we online misschien nog wel willen toevoegen is iets meer informatie bij elke titel.

Wat me opviel was dat jullie vooral veel actuele titels hadden opgenomen.

Robin — Dat kwam onder meer door de criteria die we hadden opgesteld. Dus minstens 60 pagina’s dik en geen onderdeel van een serie. Daardoor viel veel oud werk buiten de boot. Tegelijkertijd is het natuurlijk fijn om wat boeken in de lijst te hebben staan die ook bekend zijn bij mensen die niet zo diep in de strips zitten. Familieziek van Peter van Dongen en Adriaan van Dis was wat dat betreft een dankbare titel: zojuist verschenen, gemaakt in samenwerking met een bekende auteur en naar aanleiding van een bekend boek.

Van-Istanbul-naar-BagdadMargreet — We hebben intern veel gebakkeleid over de titels die erin moesten komen te staan. Ik ben bijvoorbeeld geen fan van Arnon Grunberg, dus de strip die hij samen met Hanco Kolk heeft gemaakt, Van Istanbul naar Bagdad, was niet mijn keus. Maar Willard is er dol op, dus die kwam er toch in. Als ik er nu naar kijk dan zie ik dat het stiekem toch best een goed boekje is, met allerlei thema’s waar je in de klas iets mee kunt doen. En dankzij Hanco is het wat mij betreft ook het meest verteerbare verhaal van Grunberg.

Ik heb begrepen dat docenten altijd openstaan voor materiaal waarmee ze direct aan de slag kunnen. Hebben jullie nog overwogen om extra lesmateriaal rondom de gids te creëren?

Margreet — Ik wist dat docenten graag lesmateriaal zien, maar ik ben geen docent en dacht dat ik allerlei pedagogische bagage nodig had om iets zinnigs te kunnen zeggen. Tot ik iemand sprak die me vertelde dat het zo ingewikkeld niet is. Hij gebruikt altijd de vragen die in hem opkomen en waarvan hij verwacht dat ze aanslaan bij zijn leerlingen. Voor het schrijven van lesbrieven zijn niet echt regels, het gaat erom dat je laat zien welke thema’s en lagen er in een boek zitten en dat docenten weten welke vragen ze kunnen stellen over het boek. Ik doe het op gevoel en schrijf de vragen op die in me opkomen. Ik probeer wel om in alle lesbrieven een zelfde soort invalshoek te gebruiken, zodat er hopelijk een herkenbare stripmaker-des-vaderlandslesbrief ontstaat. Zo heb ik onlangs nog een lesbrief gemaakt voor een hoofdstuk van Heftige hersenen van Mark Mieras en Jan Bart Dieperink en ik ga er binnenkort een maken voor De teloorgang van Oude Knudde van Dick Matena. Uitgeverij Personalia zal die namelijk herdrukken en ik mag hem weggeven op de Dag van de Literatuur.

Robin — Er wordt wel naar lesmateriaal gevraagd. In de gids staan natuurlijk voor elke titel een aantal vragen opgesomd die je kunt gebruiken in de klas. Verder hebben we van twee titels wat extra materiaal gemaakt. Nog meer materiaal zou natuurlijk mooi zijn, maar de stichting heeft momenteel het geld noch de tijd om het te maken. Binnenkort willen we weer nieuwe donateurs werven. Er is zowel binnen als buiten de stripwereld veel enthousiasme voor ons initiatief – en dan bedoel ik de Stripmaker des Vaderlands. Als dat zich ook vertaalt naar nieuwe fondsen, kunnen we misschien wat extra lesmateriaal maken.

Welke toekomstplannen hebben jullie?

De-teloorgang-van-oude-KnuddeMargreet — Het eerste op de agenda is de Dag van de Literatuur, komende 28 maart. In tegenstelling tot de Dag van het Literatuuronderwijs is dit geen vakbeurs, maar een beurs voor jongeren. Ze verwachten een opkomst van zo’n 5.000 leerlingen en ongeveer 300 docenten. Ik zal daar aanwezig zijn met een grote kraam waar uitgeverijen Scratch en Xtra en verspreider Strips in Voorraad titels uit de gids tegen korting aanbieden. Ook geef ik een goodie-bag weg, met daarin materiaal dat ter beschikking is gesteld door uitgeverijen Personalia en Oogachtend.

Ik zou me in die tweede gids graag richten op iets anders dan literatuuronderwijs. Strips kun je ook prima gebruiken bij geschiedenis of maatschappijleer, of andere vakken.

Robin — Ik zou graag weten hoe het de docenten die nu al met de gids werken bevalt. Waar zijn ze tevreden over, wat kan er beter… dat zouden we moeten navragen. Verder overwegen we het maken van een tweede gids. Die kan gaan over gewone strips, dus geen graphic novels, we zouden ook iets met populaire thema’s kunnen doen. We zijn er nog niet helemaal uit, maar het wordt in ieder geval iets met andere criteria dan de huidige gids.

Margreet — Ik zou me in die tweede gids graag richten op iets anders dan literatuuronderwijs. Strips kun je ook prima gebruiken bij geschiedenis of maatschappijleer, of andere vakken. Ik laat dat natuurlijk al jaren zien met mijn eigen strips. Ik zou het leuk vinden om een overzicht te maken van educatieve stripboeken. Daarnaast zou ik graag een aantal albums uit de gids herdrukken. Niet alles is immers verkrijgbaar. Uitgeverij Personalia komt binnenkort dus met een nieuwe uitgave van De teloorgang van Oude Knudde door Dick Matena en als het kan zou ik ook Jaren van de olifant laten herdrukken. Een ontzettend mooi boek en het is jammer dat het niet meer verkrijgbaar is. Tenslotte ga ik waarschijnlijk een digitale bloemlezing maken van hedendaagse Nederlandse strips voor SPX oftewel de Small Press Expo in Bethesda (een voorstad van Washington). Ze zijn daar heel enthousiast over Nederlandse stripmakers dus het zou leuk zijn om op die manier een visitekaartje af te geven.

Interviewstrip met Gerard Broos

Is er verder nog iets dat we moeten weten?

Margreet — Ik maak tegenwoordig ook elke maand een strip voor een vakblad voor docenten, genaamd Van 12 tot 18. Ze gaan telkens over een docent die strips al in de klas gebruikt. Ik ben nu bezig met een strip over Gerard Broos. Hij staat op het podium tijdens de Stripdagen Breda, maar is in het dagelijks leven docent Nederlands aan een VMBO. Hij heeft te maken met leerlingen die het lezen eigenlijk al hebben opgegeven en dan zijn graphic novels te moeilijk om ze nog enthousiast te krijgen. Hij had daarom vijf gewone strips geselecteerd waar zijn leerlingen er een van mochten lezen en daar een boekverslag van moesten schrijven. Dat was een succes en zijn collega’s hebben het inmiddels overgenomen. We zijn dus niet de enigen, strips in de klas lijkt wel een grassroots beweging, dus we komen precies op het goede moment.