Strips

Morvan en Taisci gunnen zichzelf de vrijheid met Jack Vances Duivelsprinsen

Duivelsprinsen 1In de jaren tachtig won de schrijver Jack Vance in Nederland alle sciencefictionharten. Zijn Tschaï-cyclus, Emphyrio, Durdane, elk van zijn boeken verkocht bundels, beter dan in zijn thuisland Amerika. Zozeer zelfs dat het vijfde deel van de Duivelsprinsen, Het boek der dromen, hier eerder werd gepubliceerd dan in de VS. Naast een aanhoudend succes in Nederland (tegenwoordig bij uitgeverij Spatterlight) heeft Jack Vance een speciale plek veroverd in de harten van de Fransen. Eerder schreef Jean-David Morvan het scenario voor Tschaï – De waanzinnige planeet (uitgeverij Daedalus) dat door Li-An werd getekend en nu neemt hij het eerste deel van De Duivelsprinsen onder handen. Het verscheen in 1964 in Amerika onder de naam Star King en werd in 1969 als De Sterrenkoning door Meulenhof SF in Nederland uitgebracht.

Duivelsprinsen 2Het verhaal is vrij eenvoudig. Kirth Gersen is kind als de vijf Duivelsprinsen zijn planeet overvallen en alle bewoners in slavernij afvoeren. Hij en zijn opa weten te ontsnappen en de oude man traint de jongen in allerlei gevechtstechnieken om wraak te nemen op de schurken. Gersen komt met moeite achter de identiteit van de overvallers, maar aangezien ze allen hun anonimiteit goed waarborgen blijft het een dood spoor. Bij toeval valt de naam van een van hen, Attel Malagate, tijdens een bezoek aan de afgelegen Smades Planeet. Daar ontmoet hij Lugo Teehalt die beweert dat hij in dienst van Malagate een uitzonderlijke, Aardeachtige planeet heeft gevonden. De enige andere aanwezige op dat moment is een van de legendarische aliens: een Sterrenkoning. Gersen krijgt de versleutelde boordcomputer van Teehalt in handen en zo ook de toegang tot de aardse planeet waar Malagate op aast. Teehalts contract blijkt bij een deftige universiteit te lopen. Drie mannen hebben toegang tot de sleutel. Gersen moet er dus achter komen wie van hen Teehalts directe contact was en dus ook de infame schurk.

De Duivelsprinsen 1-1Maak me ‘s nachts wakker en ik ratel het plot zo af met meer details dan je lief is, maar juist daarom is het zo boeiend om een verstripping te lezen waarbij zowel schrijver als tekenaar voldoende vrijheid hebben genomen om het een werk van henzelf te maken, maar toch trouw aan het bronmateriaal blijven. De tijd heeft niet stilgestaan sinds Vance zijn boek schreef en zeker ook de SF niet. Het is fascinerend om te zien welke keuzes Paolo Traisci heeft gemaakt. Sommige geweldig – de overval op Gersen thuisplaneet is spectaculair – en sommige wat minder – moest Gersen echt zo gespierd worden getekend en waarom heeft Pallis Atwrode geen lichtgroene gezichtsverf bij hun eerste afspraak? Wat dat betreft maakt de schrijver ook zo zijn eigen keuzes. Bijna letterlijk de begintekst van Vance overnemen? Geen probleem. Heerlijk statig met zijn onderkoelde ironie zoals alleen de grote man kon. Pankarow weglaten? Nou, die was ik zelf bijna vergeten. Maar Gersen als zelfverzekerde versierder van Pallis? Nee, hij zat juist vol aarzelingen en angsten over normaal sociaal contact. Ergens in de boeken noemt hij zichzelf een eunuch, zo weinig snapt hij ervan.

De Duivelsprinsen 1-3Net als dat de recente verfilming van Duin een groot moment was voor talloze fans van het boek, zo zou deze strip ook ontvangen kunnen worden. Is het niet geweldig als een stuk moeilijk toegankelijke cultuur (want: een roman en veel mensen lezen nou eenmaal geen romans) in een ander, meer toegankelijk medium wordt uitgevoerd? Voor de oorspronkelijke liefhebbers kan het een opluchting zijn dat het werk van een door hen zo geliefde schrijver een nieuw leven krijgt. Datzelfde had moeten gelden voor de Apple+ serie Foundation, naar de boeken van Isaac Isamov, maar de fans van die reeks hebben hun duim alweer ferm naar beneden gestoken. Laten we hopen dat de fans van Vance in staat zijn de nieuwe scheppers, de ‘herscheppers’, de ruimte te gunnen zodat nieuwe fans een kans krijgen om te genieten. Misschien dat ze dan ooit nog eens de boeken zelf lezen. Ik ben in ieder geval heel benieuwd naar wat anderen vinden van één van de schrijvers die ik in mijn jeugd verslond.

Jean-David Morvan & Paolo Traisci (naar de verhalen van Jack Vance) – De Duivelsprinsen 1 & 2 (1e cyclus). Daedalus. 56 pagina’s per deel, softcover, kleur. € 10,25 per deel