Strips

De koortsdroom van Joseph Lippens: Thibau Vande Voorde debuteert met een zinderende strip

Zo nu en dan debuteert een nieuwe stripmaker met een album dat meteen een grote eigenzinnigheid en duidelijke auteursstem verenigt. Met De Kever en de Koning van Thibau Vande Voorde is het nog eens zo ver. Vande Voorde lijkt de schuchtere eerste stappen als vorm van leerschool compleet over te slaan, en presenteert een album dat meteen opvalt.

In De Kever en de Koning volgen we Joseph Lippens die in 1899 deel uitmaakt van een expeditie die op zoek gaat naar zijn vader. Die had in de jaren voordien een imperium opgebouwd op het Afrikaanse continent, maar liet al enige tijd niets meer van zich horen. De wat arrogante en omhooggevallen Joseph lijkt op de expeditie meer en meer zijn bruggen op te blazen met de andere reisgezellen door zijn hautaine gedrag. Wanneer een kever zich in de warme binnenlanden in het oor van Lippens nestelt, valt hij steeds meer weg in een soort roes. De strip evolueert van dan af naar een vorm van koortsdroom waarin de kever lijkt te spreken tot Joseph en hem gidst op zijn reis. Uiteindelijk is de aankomst bij zijn vader een donkere climax voor dit beladen verhaal.

Vande Voorde beperkt zijn locaties bewust tot de boot van de expeditie en de personages tot de leden van de expeditie. Dit stelt hem in staat de spanning sterk op te bouwen en ook de confrontaties tussen de personages een aanzienlijke geladenheid mee te geven. De groeiende vermenging van roes, koorts en realiteit verbeeldt hij bovendien op een indrukwekkende manier met zijn virtuoze en kleurrijke pagina’s. Hoewel zijn grafiek geen directe verbanden toont met een illustere Vlaamse voorganger, Olivier Schrauwen, lijkt De Kever en de Koning soms bijna een soort broederboek van diens Arsène Schrauwen. Ook daar was Afrika haast in al zijn hitte en koortsigheid een bron van droomverhalen en leken de personages een soort speelbal van hun omgeving. Toch houdt Vande Voorde de teugels strakker in de hand en blijft zijn plot klassieker van opzet, met een tekenstijl die heel direct de virtuositeit etaleert zonder de duidelijke experimenteerzucht die het oeuvre van Schrauwen mee karakteriseert.

Met Van de Voorde debuteert nog maar eens een alumnus van de opleiding Beeldverhaal aan de Brusselse Luca School of Arts. Elk jaar opnieuw levert deze opleiding nieuwe auteurs op die korte tijd na het afstuderen kunnen debuteren met (een herwerkte versie van) hun masterproef. Ook De Kever en de Koning was zo’n masterproef, die Vande Voorde de afgelopen maanden nog herwerkte in de stripincubator de Knalgele Kubus in het voormalige Museum Marc Sleen in Brussel. Op die plek werkten tussen de twee lockdowns in enkele maanden vier jonge tekenaars aan hun nieuwe projecten, terwijl ze hierin bekeken konden worden door de bezoekers van het museum. Twee andere daarvan lieten die projecten overigens ook recent verschijnen. Zo debuteerde ook Karolina Szejda met Tram 5 en bracht Matthias Ysebaert op scenario van Frederik Hautain een tweede album uit, Inbreker. De Knalgele Kubus levert dus op korte tijd meteen drie boeken op, die de zichtbaarheid van dit nieuwe initiatief een stevige boost kunnen geven.

De Leuvense uitgeverij Oogachtend voorzag De Kever en de Koning trouwens van een prachtige uitvoering in harde kaft die de heerlijke coverafbeelding optimaal tot zijn recht doet komen. Ook al duurt het nog een tijd tot Vande Voorde nog eens een album uitbrengt, dan hebben we met De Kever en de Koning toch al een straf koloniaal geladen stripverhaal in handen dat bovendien schittert in de boekenkast door zijn mooie uitvoering.

Thibau Vande Voorde – De Kever en de Koning. Oogachtend. 104 pagina’s. € 28,00