Strips

Vader leeft voort in paradoxale geschiedenis over diens zelfmoord

Toen de Noorse tekenaar Steffen Kverneland achttien jaar oud was, maakte zijn vader een eind aan zijn leven. Hij werd gevonden in een auto met draaiende motor, waarvan de uitlaatgassen met een slang de auto in werden geleid. Het is de manier waarop ook de schrijvers Dirk de Witte (1934-1970) en Stig Dagerman (1923-1954) hun leven beëindigden.

Intussen is Kverneland zelf vader van een zoon. Hij zit met zijn zoon op schoot zoals zijn vader vroeger met hem op schoot zat. Dat lokt vergelijking en identificatie uit. Bovendien komen de vaderrol (van nu) en de zoonrol (van vroeger) samen in dezelfde situatie.

Voor de tekenaar is het de aanleiding om op zoek te gaan naar zijn verdwenen vader. Misschien om hem alsnog recht te doen, maar in ieder geval om erachter te komen wie die vader nu was. Daarover gaat de graphic novel Vrijwillig dood.

Kverneland haalt zijn herinneringen op aan de hand van foto’s. Soms tekent hij die na, soms zijn die afgedrukt in het boek. Vrijwillig dood is overduidelijk een graphic novel, maar door al die (nagetekende) foto’s heb je tegelijkertijd het idee door een familiealbum te bladeren. Daardoor kom je dicht op de huid van de tekenaar terecht.

Naast de foto’s zijn er herinneringen, al is het geheugen niet altijd betrouwbaar. Kverneland moet zichzelf soms corrigeren: de auto die hij getekend heeft kan niet de auto zijn waarin zijn vader de laatste uren doorbracht. Echt de dood van zijn vader tekenen lukt hem niet. Hij tekent eerst zichzelf die aan het tekenen is. Een tweede keer, dezelfde tekening, maar minder gedetailleerd en alsof het tekenen uit de hand loopt. En daarna een indrukwekkende bijna zwarte pagina, waarin geen afbeelding meer is te ontdekken. Blijkbaar is er een bepaalde afstand tot waarop we de dood kunnen benaderen. Daarna gaat die ons voorstellingsvermogen te boven.

De zoon herinnert zich allerlei details van de vader en uit al die herinneringen doemt voor de lezer het beeld van die vader op. Zoals elk mens heeft de vader zijn aangename en onaangename kanten. Je ontmoet vooral een menselijke man, die het niet voor elkaar krijgt om harmonisch te leven. Soms trekt hij zich terug in een buitenhuisje en dat lijkt zijn manier om zich tijdelijk aan het leven te onttrekken.

Of de zoon de vader genaderd is door dit boek, is moeilijk te zeggen. Het laat de vader zowel in warme als ontluisterende momenten zien. Maar door de aandacht waarmee de vader is getekend en door de gedrevenheid van de zoektocht is het eigenlijk bij voorbaat al een liefdevol boek: iemand in wie je zo veel energie steekt, moet wel belangrijk voor je zijn. Het deed me denken aan andere vaderboeken als Kraut van Peter Pontiac en Fun Home van Alison Bechdel. Net zulke gedreven zoektochten naar de vader en daardoor eigenlijk een zoektocht naar zichzelf.

Voor de zoon is de zelfdoding van de vader niet te begrijpen: “Er zit een onbegrijpelijke duisternis in het willen nemen van je eigen leven die ik waarschijnlijk nooit zal bevatten. Ik heb het niet in me. Hij moet zich afschuwelijk hebben gevoeld.”

Kverneland neemt geen genoegen met clichés: “Nu heeft hij rust gevonden, zoals dat heet. Hij hield gewoon op te bestaan. Dat is wat hij wilde. Dat alle angst, al het lijden, de pijn of wat hem dan verdomme ook dwars zat, weg zou gaan.” Hij ziet het zorgzame in de manier waarop vader zijn dood arrangeerde: hij zorgde ervoor dat hij niet door zijn eigen gezin gevonden werd.

Om eenheid van stijl heeft Kverneland zich blijkbaar niet bekommerd. De stijl van tekenen is op sommige pagina’s realistisch, maar er zijn ook tekeningen die karikaturaal aandoen en die grappig zijn. De eenheid zit in het onderwerp dat tekentechnisch op verschillende manieren benaderd wordt.

De kracht van Vrijwillig dood zit in de nietsontziendheid waarmee Steffen Kverneland kijkt naar zijn vader, naar zichzelf, naar wat blijkbaar het leven is. Zo zijn de kaarten geschud en daarmee moet je het doen. Die nietsontziendheid gaat gepaard met mededogen. En die combinatie maakt dit boek zowel hard als warm, waarbij het laatste je bijblijft. Het is hoe dan ook een monument voor een vader, die ook maar een mens was met gebreken en die zomaar verdween uit het leven van de zoon, waardoor hij paradoxaal genoeg altijd aanwezig zou blijven.

En nog een paradox: de vader verlaat al vroeg het leven, maar leeft voort in dit boek, waarmee hij min of meer onsterfelijk is geworden.

Steffen Kverneland – Vrijwillig dood. Scratch Books. 112 pagina’s hardcover. € 24,90.