In zijn nieuwste album De laatste koningin gaat de Franse auteur Jean-Marc Rochette door op het thema dat hij ook aansneed in zijn vorige album De wolf: de verhouding van de mens en de natuur. En hoewel het ene album niets met het andere te maken heeft, speelt het ook nu weer grotendeels af in de Franse Alpen in Zuidoost Frankrijk.
De laatste koningin vertelt het verhaal van de oorlogsinvalide Édouard Roux, die opgegroeid in de bergen, maar na de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog nergens meer zijn plek kan vinden. Zijn gezicht is deels weggeslagen en hij besluit niet terug te keren naar zijn geboortegrond en anoniem in de stad zijn verdere dagen te slijten. Zijn verminking verbergt hij onder een juten zak. Dan ontmoet hij de beeldhouwster Jeanne Sauvage die voor hem een gezichtsprothese maakt. Édouard hervindt zijn zelfrespect en keert samen met Jeanne terug naar zijn geboortegrond.
Rochette begon zijn loopbaan ooit met humoristische strips als Eduard het zwijn (uit het ter ziele gegane blad Rhaa Lovely) alvorens hij overstapte op een realistischer palet. Hij was verantwoordelijk voor het tekenwerk van klassiekers als De ijstrein en Blank requiem. Toen nog op scenario van anderen, later maakte hij ook soloprojecten. Wie een paar jaar geleden onder de indruk raakte van zijn veelgeprezen De wolf over de confrontatie tussen een witte wolf en een herder, kan De laatste koningin niet laten liggen. Ook nu weer brengt Rochette een ode aan de bergen, de natuur en bekritiseert hij de mens die alles kapot maakt.
Maar De laatste koningin is meer dan een ecologisch pamflet. Het is een veelgelaagd verhaal dat bovenal een ode aan het leven is geworden. 
Het album is net zo goed te lezen als een verhaal over hoe je jezelf weer kunt leren accepteren, over de liefde, over zelfopoffering of over kunst. Édouard was als kind getuige van de laatste beer die in zijn geboortestreek werd afgeschoten. Hij stamt uit een familie die eeuwenlang één was met de natuur en de beren in de streek. Hij overtuigt Jeanne haar droom waar te maken om beeldhouwer te worden en een beeld te maken van een beer.
De figuur van Jeanne Sauvage is gemodelleerd naar Jane Poupelet, een Franse beeldhouwster die na de Eerste Wereldoorlog gezichtsmaskers maakte voor oorlogsinvaliden. Ze brak later door met haar beelden van dieren. Rochette schetst in De laatste koningin een beeld van de kunstenaarsgemeenschap in Parijs waar Poupelet deel van uitmaakte. 
Hij voert andere kunstenaars wel onder hun naam op, zoals de beeldhouwer François Pompon (bekend van zijn gestileerde ijsbeersculptuur) en de schilder Chaïm Soutine (bekend van zijn serie schilderijen van runderkarkassen). Het overgiet het verder verzonnen verhaal met een authentiek sausje.
Rochette heeft zichzelf in De laatste koningin overtroffen. Het verhaal is rijker dan zijn vorige albums en grafisch weet hij zowel de stad als de wilde natuur levensecht weer te geven. Een positieve uitschieter in het enorme aanbod aan volwassenenstrips dat de winkels ook dit voorjaar weer overspoelt.
Jean-Marc Rochette – De laatste koningin. Concerto Books. 240 pagina’s hardcover. € 28,99
