Een kind van klei van Benjamin Leroy heeft iets bijzonders, maar je moet even geduld hebben om het te vinden. Het verhaal begint rustig, zelfs wat traag, alsof het niet helemaal zeker weet waar het naartoe wil. Maar net als je begint te twijfelen of er nog iets gaat gebeuren, kantelt het. De tweede helft brengt een onverwachte diepte en emotie, die je ongemerkt raakt. Die langzame opbouw voelt dan ineens niet meer als een gebrek, maar als een noodzakelijke voorbereiding op de klap die volgt.
De eerste helft van Een kind van klei is niet bepaald een pageturner. Het verhaal komt traag op gang en de personages voelen wat vlak aan. Ze lijken meer omstanders van hun eigen verhaal dan hoofdpersonen die je meteen aan het hart gaan. De mensen blijven wat zij-ig, alsof ze net naast de spotlights staan in plaats van er recht onder.
Leroy introduceert het koppel Ben (het boek is autobiografisch) en Mina. Hoofdpersoon Ben is grafisch vormgever en heeft daar een bescheiden succes mee. De cadeauwinkel van zijn vrouw loopt echter steeds beter en zijn bijspringen achter de kassa is bijna een fulltime baan. Het tekenen wordt een bijzaak, tot zijn frustratie. Ben werkt in de avonduren aan een hobbyproject over een volkje dat van klei gemaakt is. Hij fantaseert een complete wereld en geeft hierin zijn emoties een plek. En dan komt het moment waarop het stel hoort dat hun kinderwens complex is. Benjamin blijkt, net als twee van zijn broers, lui zaad te hebben. Een heftig fertiliteitstraject volgt.
We volgen hun bezoekjes aan het ziekenhuis, de ingrepen en de momenten van wanhoop. Natuurlijk, de herkenbaarheid en empathie is er – de onzekerheid, de hoop, de teleurstellingen. Het is alleen zo voorspelbaar opgezet dat je als lezer al snel weet waar dit naartoe gaat. Leroy durft hier niet echt af te wijken van het bekende pad, en dat voelt wat gemakzuchtig.
Net wanneer je denkt dat het een lange zit wordt, schakelt Leroy over in een andere versnelling. Het tweede deel brengt een verfrissende wending, zowel in tempo als in emotionele diepgang.
De metaforische wereld van het volk van klei krijgt een steeds grotere rol en geeft het verhaal een nieuwe laag, die het opeens stukken interessanter maakt. Hier laat Leroy echt zien wat hij in zijn mars heeft. De parallellen tussen de kleiwezens en het koppel komen tot hun recht, en de symboliek van de kwetsbaarheid van klei – broos, maar vol potentie om gevormd te worden – resoneert eindelijk.
Het tweede deel voelt als een opluchting na de lange aanloop. Hier krijgt het verhaal ademruimte en gaan de personages meer leven. De manier waarop Leroy het verlangen en de teleurstelling van zowel het koppel als de kleiwezens verbeeldt, komt veel directer binnen. En wat aanvankelijk voelde als een te lange opbouw, krijgt nu een betekenis: die trage start zorgt ervoor dat de emoties in het tweede deel wel raak schieten.
Alleen, wat zou Leroy nog kunnen toevoegen na het bereiken van hun doel: het krijgen van een kind. Dat wordt een ‘lange nazit’, dacht ik. Een soort Titanic verfilming; je weet dat de boot gaat zinken, waar gaan we het dan de twee uur daarna nog over hebben?
Juist dit gedeelte blijkt de kracht van het verhaal. De periode na de geboorte is niet zomaar een opgelucht ademhalen, maar een reflectie op wat verloren is gegaan, wat er is veranderd, en waar ze naartoe gaan. Het is een openhartige, eerlijke blik op wat het betekent om eindelijk je wens vervuld te zien – en te ontdekken dat dat niet per se al je zorgen oplost.
In deze fase toont Leroy een kant van de kinderwens die vaak onderbelicht blijft: de aanhoudende onzekerheid en de zoektocht naar een nieuw evenwicht. Dat maakt dat het verhaal een onverwachte diepte krijgt die in de eerste helft zo ontbrak. De tekeningen worden hier ook sterker. Waar de eerste helft soms wat statisch oogde, zijn de beelden nu vloeiender, meer geladen met emotie. De donkere schaduwen en lege ruimtes dragen bij aan de melancholie die deze nazit kleurt.
Een kind van klei is dus een boek van twee helften. Het vraagt geduld, want de lange aanloop in het begin kan een test zijn voor je doorzettingsvermogen. Maar wie dat volhoudt, krijgt uiteindelijk een verhaal dat recht uit het hart komt en je weet te raken.
Dit is geen verhaal voor wie op zoek is naar snelle voldoening. Maar voor wie zich wil onderdompelen in een persoonlijke en kwetsbare vertelling over hoop, verlies en de zoektocht naar vervulling, is dit boek zeker de moeite waard. De lange nazit waar ik eerder mijn twijfels over had, blijkt juist een van de sterkste punten van het verhaal te zijn. Uiteindelijk is Een kind van klei een graphic novel die zich langzaam ontvouwt, maar precies daardoor een blijvende indruk achterlaat.
Benjamin Leroy – Een kind van klei. Standaard Uitgeverij. 280 pagina’s hardcover. € 34,99.