Strips

Dystopolis van Miel Vandepitte is een grafische triomf

Na het maken van een veelbelovend debuut is het lastig om aan de hooggespannen verwachtingen van je publiek te voldoen. De jonge Vlaming Miel Vandepitte moet daar ook tegenaan hebben gehikt nadat hij in 2021 Centralia had afgeleverd. Dat album werd goed ontvangen, kreeg de Debutantenprijs, er volgden vertalingen in het Frans en Engels en het album werd eerder dit jaar gelauwerd op het MoCCa-festival in New York.

Maar Vandepitte had duidelijk geen moeite met het lege papier toen hij aan zijn tweede album moest beginnen. Met Dystopolis overtreft hij al zijn eerdere grafische uitspattingen.

In de stad Dystopolis maakt een politiemacht zich op voor een moordenaar die elke vijf jaar terugkeert: de Kannibaal. Dit keer komt hij met meer geweld dan ooit en hij is vast van plan dit keer niet meer weg te gaan. Wanneer een met angststoornissen kampende agent wordt gekoppeld aan een jonge stagiair die net nieuw is in de stad, zijn zij al snel de laatst overgeblevenen om het kwaad te stoppen.

Net als in Centralia geeft Vandepitte blijk van zijn voorliefde voor pulp en architectuur. Toen leefde hij zich uit op een steampunk-western vol bizarre fantasiewezens die zich afspeelde in een grote stad die steeds onleefbaarder werd. Nu maakt hij met Dystopolis een mengeling van een politieverhaal, sciencefiction en splatterhorror. Weer is het decor een grote stad in een apocalyptische wereld. En net als in Centralia is die stad bevolkt met krankzinnige wezens zoals dit keer een krokodillenman en een soort drieogige minion die met een reusachtig Zwitsers zakmes iedereen in stukken hakt.

En – om de vergelijking met zijn bejubelde debuut nog maar eens door te trekken – ook Dystopolis lees je niet voor de gelaagde, intellectuele inzichten op de zin van het bestaan. Het is actiepulp met de nodige humor, met een ontknoping vol geweld en in de aanloop daar naartoe veel schieten en mensen pureren in gehaktmolens.

Wat Dystopolis echter onderscheidt van andere albums in dit genre, is het haast maniakale tekenwerk van Vandepitte. Hij heeft zich echt volledig uitgeleefd op de enorm gedetailleerde stadsgezichten, met als hoogtepunt een uitklapplaat verderop in het album waarin hij he-le-maal losgaat.

Je raakt werkelijk niet uitgekeken op de pagina’s waarin Vandepitte zijn fantasie de vrije loop heeft gelaten: hij heeft allerlei historische gebouwen uit bekende steden opgenomen in het stadsgezicht van zijn apocalyptische metropool, waar verder vliegende auto’s tussen de flatgebouwen door zoeven. Het plezier waarmee hij het allemaal vol priegellijntjes op papier heeft gezet is zó aanstekelijk, dat je als lezer volledig wordt meegezogen in zijn wereld. Dystopolis is een grafische triomf! En o ja, er is ook nog een verhaal over een massamoordenaar. Maar dat is niet waarom je dit album wilt koesteren. Wel om Vandepittes waanzinnige liefde voor het tekenen.

Miel Vandepitte – Dystopolis, Uitgeverij Scratch. 158 pagina’s hardcover. € 27,50